In die straat hier niet ver vandaan waar tot voor kort de bloesem bloeide en de bomen vrucht droegen, ligt al sinds jaar en dag in een van de tuinen een cavia van gras waar ik al lang een keer over geschreven zou hebben als ik een foto van hem (haar) zou durven maken. Hem (of haar) fotograferen acht ik echter een inbreuk op de privacy van de mensen in wiens tuin hij(zij) huist.
Steeds als ik hem (haar) passeer, werp ik blikken naar binnen om te kijken of de bewoners thuis zijn. Gisteren schrok ik: het bed dat sinds een paar maanden in de woonkamer stond, was weg. Ik vreesde het ergste. Maar vandaag zag ik de bewoners samen aan tafel.
Leave a Reply