Mijn exemplaar van De groene overmacht: tuinieren op zware zeeklei van Maarten ’t Hart komt uit de nalatenschap van een dame die tot op hoge leeftijd haar tuin zo veel mogelijk zelf onderhield. Geen moestuin, maar wel een tuin die voor iemand van 88 toch behoorlijk veel onderhoud vergde. Bij gebrek aan een eigen tuin hielp ik haar af en toe een handje, maar het waren vooral haar dochters – de een wat meer dan de ander – die deden wat ze konden. Hoe dan ook: haar tuin lag er altijd pico bello bij.
Zelf heb ik mij altijd moeten behelpen met een dakterras of balkon. Op dat balkon ben ik nooit verder gekomen dan twee olijfbomen die alleen in het eerste jaar vrucht wilden dragen, maar het dakterras deed jaren dienst als moestuin. Ik kweekte er geen vergeten groenten, maar deed mijn best om er minstens vier soorten tomaten te laten rijpen en ook de courgettes en de paprika’s maakten het goed.
Voor de kinderen van vrienden die af en toe langs kwamen, pootte ik aardbeienplantjes die door die kinderen met water en liefde werden begoten. Natuurlijk mochten zij de oogst onderling verdelen.
Nee, dan Maarten ‘t Hart. Die heeft pas een moestuin. Die moestuin staat centraal in de tien-delige serie Maartens moestuin. In de VPRO Gids#14 staat naar aanleiding van Maartens moestuin een interview met Maarten ’t Hart over zijn moestuin en over het pas na heel lang aandringen toelaten van een filmploeg.
‘Waarom ik aanvankelijk niet wou, is omdat ik zo’n hekel aan filmen heb. Filmen bestaat voornamelijk uit wachten: wachten op het moment dat cameraman en geluidsman en regisseur na eindeloos overleg, scherpstellen, uitlichten, et cetera weer even een scène opnemen. En meestal moet die scène dan nog een keer over. Dat wachten vooral is dodelijk vermoeiend. Ik kan domweg niet lummelen, ik wil de hele tijd in actie zijn. Maar als ik, terwijl Machteld [van Gelder, lw] en de cameraman en de geluidsman met elkaar overlegden, riep Machteld: “Niet doen, dat willen we filmen!” ’
Inmiddels blijkt Maarten ’t Hart de cameraploeg toch een beetje te missen:
‘Het is wel fijn om de tuin weer voor mezelf te hebben, maar ik mis de gezelligheid van de cameraploegen ook wel een beetje. Machteld en Agnes [de Ruijter, lw] waren buitengewoon plezierige regisseuses om mee samen te werken. Ze hebben me echt vertroeteld en ook dat mis ik.
Het was heel erg plezierig om met Maarten Kramer samen te werken, en de geluidsmannen die allemaal Rob heetten waren ook een feest om mee om te gaan. Er was ook één keer een cameravrouw, Menke, waar ik meteen verliefd op werd – mij vond ze ook wel leuk, geloof ik -, maar die is helaas nooit mee teruggeweest; ik denk omdat Machteld dacht: verliefdheid, dat kunnen we niet hebben.’
De grote afwezige in Maartens moestuin is het bokje Jozef. Het bokje Jozef is niet meer.
Het bokje Jozef mocht jaarlijks aanschuiven als het kerst werd – lees: Respect in De Groene overmacht: tuinieren op de zware zeeklei:
‘Op eerste kerstdag nodigen wij altijd ons bokje Jozef uit om aan te zitten bij de feestelijke kerstlunch. We doen hem stevige, door mijzelf op maat gebreide sokjes aan, zodat het parket niet al te veel beschadigd wordt en ook de tafels er niet onder lijden al hij er onverhoeds op springt. Terwijl wij ons tegoed doen aan quinoa – o, wat is dat toch lekker, dat supergraan van de Inca’s – krijgt hij, want quinoa blieft hij niet, een groot bord met alle aardappeltjes die te klein waren om geschild te kunnen worden en die dus overgebleven zijn in de aardappelkuil. Hij is dol op die piepertjes. Een voor een worden ze voorzichtig door hem met zijn dunne lipjes van het bord gepakt en – crunch, crunch – genietend naar binnen gewerkt.’
Maar waarlijk schitteren deed Jozef wat mij betreft in het hoofdstuk Een behulpzame bok in Dienstreizen van een thuisblijver. Jozef blijkt een probaat middel tegen al te nadrukkelijk aanwezige journalisten. In dit geval verweert hij zich tegen Frau Schellenberger en Frau Wiesinger van de Westfalischer Anzeiger:
‘Buiten ging de zon al weer schuil achter een wolk. Desondanks draafde ik, nadat ik de buitendeur zodanig hard had dichtgetrokken dat hij in het slot viel, naar mijn Jozef toe, uitroepend: “Nie bekommt man schöner Bilden als mit dem Ziegebock.”
Mij naar het bokje vooroverbuigend, maakte ik vliegensvlug zijn bajonetsluiting los. Ik hoopte maar dat de dames het niet gemerkt zouden hebben. Op afstand keken ze toe, Frau Wiesinger maakte vooralsnog geen aanstalten om te fotograferen. Wellicht zag ze ertegen op om het golvende gras in te lopen op haar hoge hakken. Welnu, daar kon ik iets aan doen, en ik tilde mijn bok op, en liep haar richting uit. Met mijn rechterhand kneep ik Jozef even zachtjes in zijn billen. Daar wordt hij, hoewel ik, immers lijstduwer van de Partij voor de Dieren, nooit hard knijp, altijd erg nijdig van, en het is uiteraard niet gepast, maar ten eerste ebt zijn woede vrij snel weer weg, en kun je het altijd goed bij hem maken met hazelaar- of vlierblad, en ten tweede had ik nu aanmaal behoefte aan een boze bok.
Mij beschouwt hij als zijn superieur, dus op mij zou hij zijn woede niet koelen. Nee, toen ik hem, simulerend dat ik struikelde, losliet, rende hij in rechte lijn naar Frau Schellenberger, z’n grote hoorns in stormrampositie. Ze zag het gevaar aankomen, en begon ook te rennen. Hoewel ze niet op zulke adembenemend hoge hakken liep als Frau Wiesinger, droeg ze toch bepaald geen joggingschoenen. Net als ik in haar geval ook zou hebben gedaan, rende ze naar de buitendeur, die in het slot was gevallen. Ze rukte aan de klink, maar de deur ging uiteraard niet open. Toen rende ze, terwijl de bok snel op haar inliep, aar het wrakkige Fiatje, dat onder een kastanjeboom geparkeerd stond. En onverwacht behendig, gelet op haar leeftijd, wist ze het voorportier te ontsluiten en zich erin te wurmen voordat Jozef haar had bereikt. Hij koelde zijn woede toen maar op de voorbumper.’
Het is aan het kordate optreden van optreden van Maarten ’t Hart te danken dat Jozef daarna niet alsnog zijn woede kan koelen op Frau Wiesinger.
Ja, Jozef zal ook door mij gemist worden in Maartens moestuin.
In De wereld draait door van 3 april ging het ook over Maartens moestuin:
Denise says
Hopelijk is de serie ‘Maartens moestuin’ net zo goed als het boek ‘De groene overmacht’ want dat vond ik een genot om te lezen. Ik wacht al een tijdje op deel twee…
Moestuin says
Ik vond het een leuk programma, lekker een beetje leuteren over de moestuin zonder echt inhoudelijk te zijn. Ik had vooraf niet de verwachting dat maarten stap voor stap ging uitleggen hoe hij rode kool zaait en opkweekt.
Henny Noordzij says
Ik ben een gróte fan van Maartens Moestuin. Heel goede muziek ook erbij gekozen. Inmiddels heb ik al een paar gerechten gemaakt; Het gerecht met witte kool, wortel, broccoli en quinoia
en daarover heen gerapte kaas, smaakte prima! Morgen ga ik spinazie soep maken. Heb helaas geen koe in de buurt; melk moet van Appie komen. Ben zó enthousiast over het programma en over de wijze hoe Maarten het brengt dat ik in mijn kleine stadstuintje een moestuintje van een halve vierkante meter heb aangelegd. Iedere dag kijk ik of er al iets omhoog komt. Heb wortelzaad gezaaid en uien zaad tegen wortelvlieg.
Oh, had ik óók maar een hectare grote moestuin; heerlijk om daarin te vertoeven. Wat doe je met al wat je over hebt Maarten?
Schenk je dat aan de Voedselbank?? De afnemers zitten te springen om verse producten. Vond ook grappig hoe je sprak over Jan Siebelink; inderdaad, de humor ontbreekt in zijn proza. Mij benieuwen Maarten wat je ons aanstaande maandag weer leert. Hartelijke groet van een Arnhemse bewonderaarster.
Henny Noordzij says
Enfin, inmiddels heb ik de spinaziesoep gemaakt. Héérlijk!
Maar in de tuin; het wortel- en uienzaad komt nog steeds niet op! En het zit er toch alweer een paar weken in. Kon ik toch maar eens een keer helpen in de moestuin van Maarten. Misschien worden we wel verliefd op elkaar! Zijn vrouw Hanneke verzucht dan ( denk ik) (voor de zoveelste keer?) “och, dat waait wel weer over”. En mijn levensgezel gromt: “gotte-gotte-got,ís het weer zover!”. Hoe was het ook alweer gisteren: “tomatenplanten zijn net vrouwen; die vragen ook veel aandacht?” Ha ha Ha. Schitterend! A.u.b., kan er een vervolg komen op de serie! Morgen ga ik de soep maken. Maar de tomaten uit Maartens tuin smaken natuurlijk net zoals die in Italië en Frankrijk; mmmmmmmm, verrukkelijk! Ik moet het met die uit de supermarkt doen.
linda says
Geweldig wat een tv.
ik kijk 2x ook uitzending gemist
Grote fan en rust puntje met die soort van
engelse cottage tuin muziek
maar zijn vrouw had gelijk hihi
niet eten en praten wauw
Kookboekje?… met al die receptjes en foto, s
gr linda