Je weet dat het gaat gebeuren, maar toch is het niet leuk. Vorige week heeft mijn uitgever mijn debuutbundel Zingt laten schrappen uit… nou ja, uit waarin staat dat het leverbaar is en 12 euro 50 moet opbrengen in de boekwinkel. Verramsjt dus. Tegen oudpapiertarief mocht ik de handelsvoorraad die ik nog in huis had opkopen. Een weldoener die mijn schrijfcarrière al eerder van kapitaalinjecties voorzag liet zich nog goedkoper de rest toesturen.
Je weet dat het gaat gebeuren. Je weet dat een dichtbundel, tenzij er op de een of andere manier – een televisie-optreden, een nominatie voor een prijs – landelijke aandacht voor ontstaat niet gaat verkopen. Je weet dat je niet genoeg vrienden en familie hebt om 500 boekjes aan te slijten. Je weet dat je niet genoeg podiumdichter bent om ze in den lande aan aangeschoten vijfenvijftigplussers te slijten. Je weet het. Het overkomt alle schrijvers.
En toch voelt het alsof er een vliegtuig vol lijken terugkomt van een slagveld in een verloren oorlog. Ik was ergens, al stelde het niet veel voor, en nu ben ik nergens. Er is geen boek meer van mij in de handel. Mijn schrijverschap is, zo voelt het bij dramatische vlagen, terug bij nul.
Er ligt een kant en klaar, gloednieuw dichtbundelmanuscript bij mijn uitgever op het bureau. Dat wordt door geldgebrek aldaar (en, voeg ik in gedachten toe, door de kleine kans op enig succes) niet uitgegeven voorlopig. We praten wat over POD, crowdfunding en dergelijke. Maar ik kan voor die oplossingen geen enthousiasme voelen omdat het allemaal op hetzelfde neerkomt: je schrijft, je redigeert, je maakt een boek, je laat het drukken, je probeert het aan de man te brengen.
Het is gewoon te vermoeiend en zonde van je tijd. En dan heb ik het nog niet over het papier, het milieu en het feit dat mensen 12,50 betalen voor iets wat je nu voor nog niet de helft van de hand moet gaan doen, omdat het anders in de oudpapiermolen terecht komt.
Dat moet anders. Dat moet, hoe kan het ook anders, digitaal. Maar hoe?
Een boek kopen van een schrijver die ze niet kennen, dat is blijkbaar voor de meeste lezers teveel commitment ineens. Maar voor mij als schrijver is het niet genoeg om mijn werk online te zetten en vervolgens alleen via de statistieken contact te hebben. Op blogs wordt namelijk bijna niet gereageerd.
Op social media gebeurt dat wel. Een gedicht op Facebook zetten is altijd een fijne ervaring door de likes en de comments. Maar het is te vluchtig en het literaire werk verdwijnt tussen meters andere zooi (ook op mijn timeline – ik ben gek op online zooi).
Een goed bedachte combinatie tussen blog en social is in 2009 gestart door Jürgen Fauth, een in New York woonachtige Duitser. Het heet Fictionaut en hoewel het alle basisfunctionaliteiten van een social network biedt, slaagt het er toch in om het literair werk centraal te stellen. Voor de niet-ingelogde lezer dient het als een soort zelfselecterend magazine, waarbij de populairste en de nieuwste stukken worden aangeboden op de homepage.
In Amerika werkt dat best goed (herkent u deze schrijver trouwens?) door het hoge niveau dat ook in de underground aanwezig is. In Nederland missen we die underground en vullen democratische schrijfsites zich in no time met plakplaatjespoëzie.
Bovendien wil ik niet andermans werk publiceren (tenminste, dat wil ik wel, maar dan ben ik redacteur en doe ik het hier op Hanta) maar mijn eigen werk. Ik wil een plek maken waar mensen naartoe komen omdat ze mijn gedichten willen lezen. En waar ik die mensen ook kan spreken. Wat en hoe precies, dat weet ik nog niet. Achter de schermen knutsel en experimenteer ik. Ik laat het u weten als ik iets denk te hebben.
Aan iedereen die mijn bundel heeft gekocht: dank, duizendmaal dank. Zonder u zou ik helemaal niet meer over publicatiemogelijkheden aan het nadenken zijn. Maar ik denk niet dat er nog een papieren dichtbundel van mij gaat verschijnen.
A.H.J. Dautzenberg says
Tilburg-Noord, 0.11 uur
Bouke,
wat een ver-schrik-ke-lij-ke berichten
en dat zo kort voor het slapengaan
A.
Bertie van der Meij says
Herkenbaar, dit bericht. Restoplagen van diverse vertalingen van mijn hand van Zweedse prachtliteratuur zijn ofwel verramsjt ofwel vernietigd. Vooral dat laatste vind ik dieptriest. Een paar suggesties om de melancholie tegen te gaan: begin een private press(zoals ik heb gedaan). Of: leg uw werk voor aan iemand met een private press. Ik bedoel dit niet speciaal als reclame voor mijzelf (ik ken uw poëzie nog niet – sorry – en weet dus niet of ik het zou willen uitgeven), er zijn vele andere kleine drukkers die graag kleine, mooie boekjes in beperkte uitgaven maken. Voorbeelden: de Triona Pers van Dick Ronner, de Bucheliuspers van Arjaan van Nimwegen. Nog veel meer voorbeelden vindt u op de website van de Stichting Drukwerk in de Marge.
Bouke says
Dank, Bertie.
Het vernietigen van de oplage hebben we kunnen voorkomen door de boekjes op te kopen. Ik snap dat dat niet altijd mogelijk is.
Het beginnen van een private press is al duizend keer door mijn hoofd gegaan uiteraard, maar tijd en energie ontbreken mij. Bovendien ben ik naast schrijver ook internetondernemer en ligt een online plan voor mij dus meer voor de hand.
Het publiceren van bundels in (hele) kleine oplagen zou natuurlijk wel een hele mooie aanvulling zijn op het online publiceren. Daarom zet ik de namen die je noemt even in mijn notitieboek.
Overigens, mijn debuutbundel is nu dus bij mij voor een zeer redelijk bedrag verkrijgbaar. Als je interesse hebt, mail me dan maar op bouke[at]boukevlierhuis[punt]nl