Waarom sturen ze Abdel niet op reis, denk ik als ik Geen reis, maar een omweg. Abdelkader Benali over eeuwige reiziger Ibn Battuta bijna uit heb. In de laatste alinea van het stuk dat Lucia Admiraal voor ZemZem : tijdschrift over het Midden-Oosten, Noord-Afrika en islam over hem en het boek van Ibn Battuta schreef, spreekt Abdelkader Benali de wens uit ‘nog eens vanuit het Andalusische Cordoba naar Mali te reizen, op zoek naar de sporen van de collectieve culturele ruimte uit Battuta’s tijd.’
Waarom laten ze hem niet in zijn spoor gaan, zoals ze nog niet zo lang geleden historicus George Harinck in het spoor van Abraham Kuyper Om de Oude Wereldzee lieten gaan.
Eigenlijk weet ik het antwoord wel. Daar waar Ibn Battuta (1304 – 1369) toen ging, brandt het tegenwoordig. Zijn wereld reconstrueren is onmogelijk.
Her en der is het gebleven zoals het was:
‘van bepaalde omgangsvormen en de gastvrijheid, tot talloze rituele handelingen en stedelijke ordening, met marktplaatsen en moskeeën als knooppunten’,
maar er is vooral veel veranderd sinds Ibn Battuta zijn reis maakte:
‘De reis laat zien hoe verschillende culturen verbonden waren en lange tijd in contact stonden. In Anatolië was er een heel netwerk van soefistische broederschappen, waar jonge mannen constant voor Battuta klaarstonden en hun gastvrijheid toonden. Hij was overal welkom. Die eenheid binnen de islamitische wereld is nu grotendeels uit elkaar gevallen. Het nationalisme en nationale vormen van de islam zijn opgekomen, terwijl de mystieke islam die zo belangrijk was in Battuta’s tijd is teruggedrongen.’
Ik zie Abdelkader Benali niet als ‘de Amsterdamse Battuta’ – zo wordt hij in het artikel wel genoemd – maar ik weet wel dat hij kan reizen. Hij lijkt mij de aangewezen man om Ibn Battuta te ontmaskeren. Want hoewel Benali zich door reisverslagen als dat van Ibn Battuta laat inspireren, weet hij dat het onbetrouwbare bronnen zijn. Over De reis zegt hij: ‘Ik denk dat de helft gelogen is.’
‘In De reis zijn volgens Benali duidelijk delen opgenomen uit een eerder verslag van de Andalusische reiziger Ibn Jubayr (1145 – 1217). Daarnaast is het de vraag of het in die tijd überhaupt mogelijk was om zoveel kilometers te bestrijken.’
Kijk. Dat vind ik nu weer interessant. Dat Benali zijn kijk op en waardering voor De reis niet af laat hangen van de originaliteit. Dat het imago van Ibn Battuta – hij noemde zichzelf de grootste reiziger van zijn tijd – niet onder zijn ‘gelieg’ geleden heeft.
Misschien moet Abdel toch maar thuisblijven zodat het mysterie nog een beetje in stand blijft.
Leave a Reply