Ik meende het al uit Gesloten huis op te kunnen maken, Nicolaas Matsier en ik zijn verwante zielen. Als het om verzamelen gaat. In Gesloten huis gaat het over dierbare voorwerpen dan wel voorwerpen die in het leven van een ander een rol speelden. In Dicht bij huis heeft Nicolaas Matsier het ook over minder duurzame dingen. Dingen waar ondanks dat maar moeilijk afscheid genomen kan worden.
Doorgaans staan die dingen voor ingesleten gewoontes. Zoals in het laatste ‘stukje’ in Dicht bij huis dat Ongezien wegdoen heet en over het drukwerk gaat dat dagelijks in het huis van Matsier arriveert, maar het pand op veel minder regelmatige basis verlaat. Waardoor het papier zich niet alleen op de keukentafel ophoopt.
Dat geldt zowel voor boeken als voor kranten.
‘Kranten, dat is pas erg. Want een boek dat gesloten is gebleven, kan de illusie van zijn onverminderde belang, van zijn niet afgenomen urgentie in alle rust bewaren. Maar kranten, onherroepelijk aan het vergelen geslagen, uit de vouw geraakt, die worden plotseling met stapels tegelijk naar boven gedragen – bij voorbeeld omdat de tafel plotseling fraai gedekt moet worden voor bezoekers die met de vereiste splendeur ontvangen dienen te worden.’
Het zijn de kranten die Nicolaas Matsier steeds weer op zijn onvermogen wijzen. Een onvermogen dat geen tekortschieten blijkt. Want Matsier geeft er, zoals wel vaker als zijn manieren van doen aan de orde komen, een uitermate charmante draai aan:
‘Maar waar het probleem ook heen verbannen wordt, het blijft. Het bestaat uit een te groot respect voor de wereld, althans de door de kranten bijeengebrachte en in alle voorlopigheid beschreven en becommentarieerde wereld. Respectievelijk uit het idee – heel in het algemeen – dat men, als krantelezer, de wereld min of meer zou kunnen bijhouden, op dagbasis dus. Zo lijken kranten toch plusminus bedoeld; als ons dagelijks kort begrip van de wereld, als onze dagelijks draagbare wegwerpencyclopedie.
Dat idee evenwel kan ik op de een of andere manier niet bevatten.
Nieuw elan, veelbelovende start, uiterst doortastend optreden, recent van kracht geworden drastische regelgeving: het heeft allemaal, al jaren, niet mogen baten. Maar het zogenaamde wegdoen van kranten, bij wijze van tussentijdse krachtsinspanning, moet op een reusachtig misverstand berusten. Een enkele keer staat het me duidelijk voor ogen: dat verloren tijd niet kan worden ingehaald en dat het werk dat gisteren gedaan had moeten zijn er vandaag niet even bij gedaan zal kunnen worden.
Maar het is een besef dat nog steeds niet goed tot me wil doordringen. En zolang dat het geval is, blijf ik helaas gespleten in twee krantelezers, de gewone en de achteropgeraakte.’
Een draai waar ik me helemaal in kan vinden.
Op 8 oktober a.s. treedt Nicolaas Matsier in Rotterdam op tijdens Woordnacht. In dat kader herlees ik zijn werk.
John Wervenbos says
Matsier publiceerde Gesloten huis in 1994 als ik het goed begrijp. Dus krap een jaar voordat Windows 95 zijn intrede deed in menig huishouden. A d-d-d… Digitale Age knocking on doors en dan vervolgens Web 2.0. Dit dan alweer te onderscheiden van een zogenaamd Semantisch Web. And so on.
Is Matsier net als vele anderen inmiddels overgestapt op digitale nieuwsvoorziening en misschien zelfs op e-book reading? Gedeeltelijk misschien? ‘Alles bijhouden’, gedetailleerd tot in alle diepten, breedten en hoogten, is ondoenlijk denk ik. Kaf van koren scheiden blijft belangrijk. Er gaat immers ook nogal wat non-informatie rond en een nieuwe generatie (gecreëerde) newsjunkies doet nu zelf ook een duid in het zakje. Wat mede aanzwelt is gekrakeel. Het probleem van ‘gezonde en zinnige nieuwsgaring’ (en informatieverstrekking), ook hier blijft een persoonlijke invulling natuurlijk belangrijk, raakt uiteraard tevens het probleem van specialisme versus generalisme.
Mijns inziens kan het wel eens goed zijn om dingen en zaken soms een periodelang helemaal te laten bezinken en ‘gewoon’ – ….dat is niet langer meer zo gewoon – te laten voor wat ze zijn en eventueel pas later, op een mogelijk geschikt(er) of gunstiger tijdstip, ook omdat je er dan wellicht beter voor geprepareerd bent, misschien pas jaren later, weer op te pakken of misschien beter gezegd dan echt op te pakken.
À propos een lezer van mijn weblog deed me vandaag de suggestie aan de hand om losse notities en aantekeningen voortaan aan te maken met een smartphone. Dat zou reuze handig zijn. Dat kan best, maar ik voel er niet veel voor. Word reeds al teveel geleefd door allerhande apparaten en gadgets met hun bijkomende nieuwsstromen enzovoort. Zie deze goedbedoelde suggestie van een lezer en mijn reactie er op (Shine; Cahier, 4 september 2016).