Levens langs de literaire meetlat
Wetende dat er bij de buren een Engelse Orlando op mij stond te wachten, kocht ik de goedkoopst mogelijke editie die ik in het Nederlands kon vinden. De kleine lettertjes nam ik voor lief. Kleine lettertjes waren toen nog geen probleem.
Wanneer ik de sobere pocket precies kocht, weet ik niet meer, maar ik vermoed dat het was toen Portrait of a Marriage op televisie werd uitgezonden. Dat is inmiddels al weer bijna dertig jaar geleden. Bijna net zo lang geleden is het dat Orlando, de film die Sally Potter op basis van de roman maakte in de bioscopen te zien was. De film en de serie vormden het decor waartegen ik de roman van Virginia Woolf las. Eigenlijk wilde ik vooral weten hoe het met die Vita Sackville-West, op wie Virginia Woolf Orlando liet lijken en aan wie zij haar roman opdroeg, zat.
Levens beschrijven
Dat Orlando naadloos past in het oeuvre van Virginia Woolf, daarvan had ik toen nog nauwelijks een idee. Dat oeuvre wenste ik te bewaren tot het moment waarop ik de erfgename was geworden van haar werk.
Hoe hoog Virginia Woolf, hoewel ze het schrijven van Orlando aanvankelijk alleen als afleiding zag, de lat legde en in haar zesde roman opnieuw afrekent met (literaire) vanzelfsprekendheden en conventies zag ik de eerste keer dat ik de roman las over het hoofd.
Biograferen was in het huis aan Hyde Park Gate waar Virginia Woolf (1882 – 1941) opgroeide aan de orde van de dag. Haar vader Leslie Stephen (1832 – 1904) was de eerste samensteller van de Dictionary of National Biography. Virginia Woolf wist dus hoe het eigenlijk hoorde en binnen welke grenzen zij bij het schrijven van een biografie diende te blijven.
Die grenzen wilde ze echter verkennen, en dat deed ze voor het eerst in Orlando, dat de ondertitel A Biography / Een biografie meekreeg.
Virginia Woolf nam de ondertitel van haar boek serieus: ze nam foto’s van haar biografeling en mensen uit zijn/haar directe omgeving in Orlando op en voorzag het boek van een register. Die illustraties ontbreken in de Nederlandse vertaling (en in de meeste Engelse uitgaven).
De biografie op de schop
Virginia Woolf gebruikt Orlando – die ze driehonderd jaar laat leven en op enig moment van geslacht laat veranderen, zonder dat ze een dag ouder wordt en hij/zij een wezenlijk ander iemand wordt – om te laten zien hoe de kunst van het biograferen in de loop der eeuwen is veranderd. Schreven biografen aanvankelijk verheven levensverhalen die een gepaste afstand garandeerden tussen de biografeling en de lezer, naarmate de biografie het heden nadert, wordt de kloof tussen biograaf, biografeling en lezer langzaam maar zeker overbrugd. De lezer kan zich de levens waarover hij leest steeds beter voorstellen.
Komt Orlando aan in een nieuwe eeuw, dan laat Virginia Woolf niet na om de veranderde tijd te karakteriseren en past ze de manier waarop ze over Orlando schrijft aan aan de wijze van biograferen die in de betreffende tijd in de mode was. De manier waarop ze de overgangen typeert doet denken aan de wijze waarop de jaren verstrijken in The Years / De jaren.
Dat het niet altijd even eenvoudig is om het leven van Orlando te reconstrueren – vanwege het ontbreken van cruciale informatie of omdat het ver zou voeren om… – wordt de lezer regelmatig rechtstreeks meegedeeld.
Hoewel lichter en toegankelijker dan een aantal van haar andere romans, is ook Orlando een experiment. Een zoektocht met het oog op het vernieuwen van de literatuur. Na Orlando zal Virginia Woolf zich nog twee keer wagen aan een boek dat ze de ondertitel A Biography meegeeft. In 1933 verschijnt Flush, waarin het leven van de hond van Elizabeth Barrett Browning wordt opgetekend, en in 1940 vangt zij Roger Fry in woorden. Beide boeken weerspiegelen – elk om hun eigen wijze – haar voortschrijdende inzichten over de biografie.
Geen transgender
‘Hij – en er viel niet te twijfelen aan zijn geslacht, hoewel de mode in die tijd ertoe bijdroeg dit te verhullen – (…).’
(vertaling: Gerardine Franken)
Virginia Woolf laat er geen twijfel over bestaan. Haar Orlando is een man. Een man die mannendingen doet. En dingen ambieert die binnen het bereik van een man vallen. Tot hij in iets raakt dat je misschien een coma zou kunnen noemen en niet sterft (dat zou voor zijn biograaf een bevredigende oplossing geweest zijn), maar ontwaakt als vrouw:
‘Hij rekt zich uit. Hij verheft zich van zijn bed. Hij staat volkomen naakt voor ons en omdat de trompetten schallend herhalen de Waarheid! de Waarheid! de Waarheid! blijft ons niets anders over dan deze te huldigen – hij is een vrouw.’
(vertaling: Gerardine Franken)
Zonder de indruk te wekken te moeten wennen, zet Orlando het leven voort als vrouw. Zich bewust van wat er zoal verandert. Althans waar het de interactie met haar omgeving betreft, want voor Orlando zelf verandert er ook weer niet zo heel veel.
Vita en Virginia
Orlando beschouwen als een transgender avant la lettre is verleidelijk, maar gaat wat ver. Terwijl Virginia Woolf waar het het ontwikkelen van ideeën over de biografie het bronnenmateriaal overstijgt – dat zij feiten en omstandigheden ontleende aan het leven van Vita Sackville-West, haar familie en het huis dat zij bewoonden is geen geheim – verwijst zij met haar hoofdpersoon die van geslacht verandert zonder zijn/haar identiteit te verliezen direct naar de vrouw aan wie zij Orlando opdroeg.
Met Vita Sackville-West was Virginia Woolf op haar manier innig en intiem bevriend. Qua temperament en incasseringvermogen verschilden beide schrijfsters nogal. Vita bewoog zich vrijer door het leven dan Virginia. Vita zelf had lak aan gendergrenzen – engageerde zich zonder gêne met vrouwen, droeg mannenkleren als dat haar om verschillende redenen goed uitkwam – maar betaalde voor het feit dat ze als vrouw geboren werd een hoge prijs: zij kon Knole, het familiedomein, om die reden niet erven.
Orlando van geslacht laten veranderen zonder dat hij/zij daardoor een ander mens wordt, is de literaire uitvergroting van het min of meer straffeloos (ook toen schijnbaar al) aannemen van de ene dan wel de andere sekse door van dracht te wisselen zoals Vita Sackville-West dat placht te doen.
Ondanks duidelijke verwijzingen is Orlando meer dan een op feiten en een specifiek leven gebaseerde roman. Ook in deze roman uit 1928 getuigt Virginia Woolf van maatschappelijk bewustzijn en maakt ze duidelijk waar ze staat als het om de positie van vrouwen gaat.
Liefdesbrief?
Nigel Nicolson, zoon van Vita Sackville-West en Harold Nicolson, bepaalde in hoge mate de beeldvorming over zijn moeder door in Portrait of a Marriage zijn kijk op het huwelijk van zijn ouders af te zetten tegen wat dat boek in essentie is: een inkijkje in een affaire.
Die Nigel Nicolson noemde Orlando ‘the longest and most charming love letter in literature’. Dat mocht hij willen, denk ik nu ik de roman voor de derde keer gelezen heb. Voor een liefdesbrief is Orlando veel te venijnig. Virginia Woolf hemelt Orlando niet op, en daarmee ook de vrouw die model stond voor het personage niet. De schrijfster knipoogt, ze overdrijft, en als het haar uitkomt, deelt ze zonder scrupules steken onder water uit (steken die jaloezie zouden kunnen verraden).
Meer dan Vita Sackville-West was Virginia Woolf een schrijfster. Zij verstond de kunst de werkelijkheid in het belang van de literatuur naar haar hand te zetten. Dat deed ze ook in Orlando. Hoe dierbaar Vita Sackville-West haar ook geweest was.
Virginia Woolf kneedde niet alleen de werkelijkheid net zo lang tot ze in Orlando paste, ze zorgde ook dat de taal zich naar haar intenties voegde. Orlando is geschreven in niet mis te verstane taal, en dat was ook precies de bedoeling:
‘I am writing Orlando half in a mock style very clear & plain, so that people will understand every word’,
(al kun je je afvragen of daadwerkelijk iedereen het spel dat Virginia Woolf speelde doorhad), schrijft Virginia Woolf op oktober 1927 in haar dagboek.
En hoewel niet alles dat haar voor ogen stond lukt (de roman dijt uit, vraagt meer tijd dan gepland en blijkt meer dan een tussendoortje), toont ze zich nadat het boek voltooid is (op 7 november 1928, om precies te zijn) tevreden over wat ze heeft bereikt:
‘Orlando taught me how to write a direct sentence; taught me continuity & narrative, & how to keep the realities at bay. But I purposely avoided of course any other difficulty. I never got down to my depths & made shapes square up, as I did in The Lighthouse.’
Nu ik niet alleen Orlando voor de tweede keer herlezen heb, maar de afgelopen jaren vanwege al die verschenen vertalingen veel meer her- en gelezen heb, is mij nu ook uit eigen ervaring duidelijk hoe Virginia Woolf zichzelf als schrijfster steeds opnieuw bleef uitvinden en hoe belangrijk het ‘manipuleren’ van de taal daarbij was.
Dit keer las ik niet de vierde druk van de Nederlandse vertaling (die met de inmiddels te kleine lettertjes), maar een enigszins gemoderniseerde versie van die nog steeds heel goed leesbare vertaling van Gerardine Franken, verschenen bij Uitgeverij Orlando.
Vergeleken heb ik de twee versies van de vertaling alleen maar steekproefsgewijs. Er verandert zo te zien niet veel. Termen worden soms door andere vervangen. Guinjes wordt gienjes (waarom geen guineas?). De ingrijpendste verandering die ik al bladerend signaleerde was het veranderen van ‘Grote Vorst’ in ‘grote vorst’. Dat lijkt een kleine wijziging, maar toch gaat er daarmee iets verloren van de toon die Virginia Woolf aanslaat, want spotten behoort ook tot het wapenarsenaal waarover Virginia Woolf beschikte. Bovendien staat die winter waarin Orlando de liefde van zijn leven ontmoet, maar als snel bedrogen uitkomt vanwege het barre weer de naam Great Frost.
Orlando. Een biografie
Virginia Woolf (vertaling: Gerardine Franken)
Amsterdam : Orlando, 2019
ISBN 978-94-92086-96-9
Leave a Reply