“I read, I go right out.” Dat vertelt mafioos Tony Soprano uit de serie The Sopranos zijn therapeut als ze hem een zelfhulpboek aanraadt. En inderdaad, het kost hem moeite om er ook maar een pagina zijn hoofd bij te houden. Ik heb dat met filosofie.
Zeker, ik heb Het begrip angst, De menselijke conditie en nog een paar van die vrolijke standaardwerkjes doorgeworsteld maar vraag me niet om ze voor je samen te vatten. Bij filosofische passages lezen mijn ogen blijkbaar wel verder maar mijn brein gaat in de stand-by stand. De motivatie om het op te nemen, te willen begrijpen, ontbreekt.
Ger Groot, die ik als criticus zeer waardeer, en ik hebben in Vergeten te bestaan dan ook problemen met elkaar. Dit boek is namelijk een uitgave van de redevoering die Groot hield toen hij in 2009 hoogleraar ‘Filosofie en literatuur’ werd aan de Radboud Universiteit in Nijmegen.
Het boekje begint met een wat obligate bespiegeling over de verhouding tussen het ‘ik’ van het literair karakter en dat van de schrijver. Groot haalt Don Quichotte van Cervantes en Nevel van Unamuno aan als voorbeelden van boeken waarin de grenzen tussen de verschillende niveaus van fictie overschreden worden: Don Quichotte komt er halverwege het boek achter dat hij, binnen het boek, een personage in een boek is geworden en de hoofdpersoon van Nevel gaat verhaal halen bij de schrijver die hem verzonnen heeft.
Interessanter wordt het als hij het ‘ik’ van de lezer er ook bij betrekt en, met behulp van het werk van Patricia de Martelaere, de mythe van de suspension of disbelief doorprikt. Waar De Martelaere ophoudt neemt Sartre het, hier en daar geholpen door Nietzsche, over. Uiteindelijk komt Groot er, als ik het allemaal goed begrepen heb, op uit dat de lezer fictie, met alle bijbehorende kronkels en mystificaties, kan begrijpen en genieten, niet omdat hij bewust het spelletje meespeelt maar omdat zijn eigen ‘ik’ in eerste aanleg ook een fictie is. Op het moment dat hij leest bestaat de romanwereld dus ‘even echt’ als de lezer. En daarom is lezen zo geweldig.
Is het een mooi sluitende redenering? Klinkt het aannemelijk? Ja, natuurlijk. Ze hebben Groot daar in Nijmegen niet voor niets hoogleraar gemaakt. Goed en helder en leesbaar opgeschreven is het uiteraard ook. Voor wie geïnteresseerd is in literaire filosofie is dit boekje dan ook een avondje lezen en een weekje mijmeren waard. Maar mijn ‘ik’ leest liever een roman.
Vantilt, 2010
ISBN 978 94 6004 0610
32 p., € 9,95
Leave a Reply