– Vive l’ennui (leve de verveling) –
Wat doet het er toe dat de ouders van Sacha Sperling bekend zijn en hij uit een goed milieu komt? Staat het feit dat de schrijver een verveeld rijkeluiszoontje is garant voor de kwaliteit van Ik, voor eeuwig? Voor de authenticiteit? Of gaat het om het autobiografisch en de mogelijkheid van inkijkjes in privélevens? Wat de overweging van de uitgever ook geweest moge zijn, de mededeling achterop de Nederlandse vertaling van het boek mist zijn uitwerking, omdat er hier maar weinig mensen zijn ouders zullen kennen. In Frankrijk, daar zal het boek misschien opzien baren om wie Sacha Sperling is – inderdaad: er werden van dit boek 35.000 exemplaren verkocht, aanmerkelijk meer dan een gemiddeld debuut, dat een oplage haalt van 500 exemplaren – maar hier moet het boek het op eigen kracht redden.
Ik, voor eeuwig is een portret van een generatie. Het boek wordt bevolkt door een kudde verveelde veertienjarigen, die in niets voor elkaar onder willen doen. Ze drinken, blowen, snuiven, verspillen. Dag in dag uit avond in avond uit nacht in nacht uit geven zij zich over aan liederlijk en asociaal gedrag. Tegen die achtergrond ontwikkelt zich de ‘vriendschap’/relatie tussen Sacha (!) en Augustin, die gedomineerd wordt door seks, verslaving en afhankelijkheid. Zij vertegenwoordigen het milieu en de leefwijze van de jeugd uit de betere Parijse arrondisementen. Zij onttrekken zich aan het gezag van hun ouders, omdat die ouders er nooit zijn om hun autoriteit te doen gelden. Ach, gezag, daar hebben ze over het algemeen geen ontzag voor. Sacha, die heen en weer geslingerd wordt tussen zijn moeder en de man die hem op haar verzoek verwekt heeft op het moment dat hij al een gezin met twee kinderen had, is nergens thuis. De enige die hem stuurt, corrigeert en opvoedt, is hij zelf. Hij lijkt, als enige, vatbaar voor fatsoen… Uiteindelijk.
Ik, voor eeuwig is een hard, rauw, shockerend verhaal, geschreven door een achttienjarige die het (waarschijnlijk) niet van horen zeggen heeft. Sacha Sperling. Ik, voor eeuwig – dat in het Frans een veel mooiere, aan een lied van Serge Gainsbourg ontleende titel heeft: Mes illusions donnent sur la cour, een titel die de uitzichtloosheid en leegheid van het bestaan van de personages en het spel van Sacha met de werkelijkheid veel beter weerspiegelt – is geen fijn boek, een rotboek misschien wel, maar de vraag is of dat de schuld of de verdienste van Sacha Sperling is. Hoe jong, rijk en verveeld hij ook moge zijn, hij heeft een realistisch roman geschreven in een taal die past bij het verhaal. Maar of zijn capaciteiten groot genoeg zijn om schrijver te worden en mee te gaan tellen in de literaire wereld, dat zal pas blijken bij een volgend boek. Voorlopig moet hij Françoise Sagan voor laten gaan, die met Bonjour tristesse ook op 18-jarige leeftijd haar debuut maakte. Een boek met als grondtoon het overheersende gevoel van haar generatie: de melancholie. Sagan ontpopte zich als schrijfster, maar het is te hopen voor Sacha Sperling dat hij meer uit het leven haalt dan Sagan: zij werd nooit echt gelukkig, zelfs niet met hulp van verslavende middelen – zo heette dat toen.
(vert. uit het Frans door Kiki Coumans)
Meulenhoff, 2011
ISBN 978 90 290 8615 8
192 p., € 18,95
Leave a Reply