HANTA

Literatuur en meer

  • Home
  • Over Hanta
  • Contact
  • Privacy statement
  • Columns
  • Recensies
  • Beschouwingen
  • Blog
  • Meer
    • Liliane leest
    • Kettinglezen & rijgschrijven
    • Mediamoment
    • Sportzomers en -winters!
    • Zomergasten
    • Thuisblijfreizen
    • Bouke’s blues
    • Proza
    • Poëzie
You are here: Home / Alles / (non-)fictie / columns / Over het verdwijnen van soorten

Over het verdwijnen van soorten

13/01/2012 by Liliane Waanders Leave a Comment

In mijn eindejaarsstuk Parade van (on)gelezen meesterwerken schreef ik mij zeer te verheugen op het lezen van Plastic panda’s: over het opheffen van de natuur van Bas Haring. Sneller dan verwacht –omdat ik al ver voor het verstrijken van het jaar 2011 mijn 225e boek uit had en dus een bonusboek mocht kiezen – nam ik het als bovenste beste van een stapel.

Ik hoopte door Bas Haring op een spoor gezet te worden. Ik hoopte dat Harings frisse en niet zelden provocatieve manier van denken en schrijven mij handvatten zou geven voor een stuk waarin ik de misbaarheid van iets anders dan de natuur ga bepleiten.

Ik begon aan Plastic panda’s in de veronderstelling dat het een zoektocht was naar de betekenis van biodiversiteit. Plastic panda’s gaat weliswaar over biodiversiteit, maar niet over biodiversiteit pur sang. Plastic panda’s gaat over nut en noodzaak van biodiversiteit voor de mens. Bas Haring ziet natuur als een voor zijn eigen soort nuttige voorziening. Bij het bepalen van de noodzakelijke hoeveelheid natuur/soorten/biodiversiteit gaat hij uit van de ruimte die de natuur nog gegund is door de zich in een niet meer te stuiten tempo voortplantende mens.

Voor Bas Haring zijn de zeven miljard mensen die nu en de tien miljard die straks de aarde bewonen leidend. Omdat de natuur ook in volle glorie niet kan voorzien in de noden van de mens en de mens heel goed in staat is om natuurvervangende vindingen te doen met een hoog rendement is een geleidelijke of plotselinge afkalving van de natuur geen ramp.

Een paar soorten meer of minder, Haring maalt er niet om. Van sommige soorten houdt hij toch al niet en andere kent hij niet en zal hij dus ook niet missen. Niet dat Bas Haring zich geen zorgen maakt, maar zijn zorgen betreffen niet het bestaan van een soort meer of minder. Harings voornaamste zorgen betreffen de klimaatverandering, de mondiale voedselvoorziening en de bio-industrie.

Plastic panda’s is niet de zoektocht die Haring belooft: ‘een zoektocht omdat ik zelf toch nieuwsgierig was: hoe zit het nou echt? Wat staat ons allemaal te wachten als er nóg meer planten en dieren uitsterven en er nog meer natuur verdwijnt?’ Hij zoekt niet echt: zijn conclusie bevestigt zijn hypothese en die hypothese is een vertaling van wat hij vond.

De nonchalance waarmee Bas Haring het verdwijnen van voor hem niet wezenlijke soorten – hij is zeer uitgesproken over wat hij leuk en mooi vindt – afdoet als te verwaarlozen incidenten stoort mij. De betekenis van het verdwijnen van een soort is niet per se afhankelijk van het belang van die soort in het bouwwerk dat ecosysteem heet.

Elke soort die uitsterft is er één. Ook als die soort niet voor iedereen even zichtbaar was. Ook als het verdwijnen van die ene soort cijfermatig geen noemenswaardige invloed heeft op de totale biodiversiteit en er schijnbaar geen enkel evenwicht verstoord wordt.

Natuur is, en natuur was er voordat de mens als soort zijn opwachting maakte – het maakt in dit geval niet uit of je geloof hecht aan het scheppingsverhaal of de evolutietheorie.

De mens, zijn natuur volgend, vormt een belangrijke bedreiging voor de natuur. De snelheid waarmee soorten zich aan hun omgeving moeten aanpassen of verdwijnen kan niet los gezien worden van de manier waarop de mens zich manifesteert. Er valt weinig te relativeren aan de bijzondere positie die de mens zich op aarde heeft verworven. De mens neemt geen genoegen met genoeg. De mens maakt zelden een pas op de plaats en een stapje terug doen is helemaal veel gevraagd.

Bij het bepalen van de ernst van het uitsterven van soorten is het niet helemaal onbelangrijk om te weten of dat uitsterven al dan niet het gevolg is van menselijke handelen. Er stierven al soorten uit voordat de mens er was. Uitsterven ligt besloten in de beginselen van de evolutietheorie. Maar door de komst van de mens is uitsterven niet langer zuiver een natuurlijke gang van zaken. Door de komst van de mens lopen soorten de kans uit te sterven zonder dat daar een evolutionaire aanleiding of noodzaak voor is.

In dat licht bezien krijgt het uitsterven van een soort een andere betekenis en daarom vind ik dat Haring wat al te makkelijk voorbij gaat aan de invloed van de gedragingen van de mens. De mens als soort blijft in zijn analyse in alle opzichten buiten schot.

Toegegeven: voor het verdwijnen van soorten maakt bescheidenheid die de mens zou sieren niet meer uit. Het uitsterven is net als evolueren een onomkeerbaar proces.

Maar toch: het moet mogelijk zijn om minder menscentrisch naar natuur, soorten en biodiversiteit te kijken en het verdwijnen van een soort een klein beetje jammer te vinden, ook als je zelf niets hebt gehad aan die soort. Dat opbrengen en daar dan een betoog op baseren…

Of wat als – en dat zou helemaal een (r)evolutionaire benadering zijn – de mens die ene uitgestorven soort zou zijn? Voor de mens zelf is dat niet erg, want hij weet niet dat hij is uitgestorven (dit is niet mijn redenering, maar die van Bas Haring). Maar: het uitsterven, dat doet pijn, niet het uitgestorven zijn. Want laat nou de mens die enige soort zijn die zich van zijn eigen uitsterven bewust zou zijn.

Naschrift:
In het plantsoen voor mijn deur heeft de gemeente ‘natuur’ gecompenseerd. Voor de bouw van een appartementencomplex en de aanleg van een meanderend fietspad moesten bomen wijken. Mooie dikke lindebomen. De gemeentelijke groendienst plantte nog net voor het einde van het jaar drie heel herkenbare berken, drie op deze locatie heel erg misplaatste sparren en twee door mij nog niet gedetermineerde doorsnee loofbomen. De biodiversiteit in de buurt is toegenomen, maar daarmee is dan ook alles gezegd. De mens en de ‘natuur’, we zijn tot elkaar veroordeeld, tot in lengte van jaren, eeuwen… millennia?

 

Niets gevonden.

Filed Under: columns Tagged With: Bas Haring, bedreigde diersoorten, biodiversiteit, filosofie, natuur, soorten, uitsterven

Leave a Reply Cancel reply

Your email address will not be published. Required fields are marked *

Zoeken

  • Facebook
  • RSS
  • Twitter

Nieuwste berichten

  • en aan de horizon ligt… Spijkenisse
  • Op de stoep bij Clare Lennart
  • Vluchten is als vallen
  • ‘Het hotel in de literatuur’, volgens ChatGPT en volgens mij
  • Zonder titel

Spotlight

Auteurs

  • Liliane Waanders

Meest gelezen deze week

Tags

Adriaan van Dis Arnon Grunberg beeldende kunst boek boeken boekenweek Cees Nooteboom column De wereld draait door dood dwdd film fotografie gedicht Ilja Leonard Pfeijffer Jan Brokken journalistiek K.Schippers kunst lezen literatuur Louise O. Fresco Marguerite Duras muziek Oek de Jong Olympische Spelen Poetry International poëzie recensie roman Rotterdam schrijven sportzomer sportzomer 2012 sportzomer 2013 sportzomer 2014 stoïcijn tennissen Tour de France vertalen Virginia Woolf voetballen wielrennen William Shakespeare zomergasten

Zoeken

Volg Hanta

  • Facebook
  • RSS
  • Twitter

Hoofdmenu

  • Home
  • Over Hanta
  • Columns en beschouwingen
  • Recensies
  • Beschouwingen
  • Meer
  • Contact
  • Privacy statement

Rubrieken

  • Liliane leest
  • Kettinglezen & rijgschrijven
  • Mediamoment
  • Sportzomers en -winters!
  • Zomergasten
  • Thuisblijfreizen
  • Bouke’s blues
  • Proza
  • Poëzie

Net binnen

  • en aan de horizon ligt… Spijkenisse
  • Op de stoep bij Clare Lennart
  • Vluchten is als vallen

Archief

Auteurs

  • Liliane Waanders

Copyright © 2023 · News Pro Theme on Genesis Framework · WordPress · Log in

Hanta gebruikt cookies. Omdat een blog runnen zonder nou eenmaal niet kan. Wilt u geen cookies, zie dan de instructies hier: Meer over cookies Ok, ik snap het
Privacy & Cookies
Necessary Always Enabled