HANTA

Literatuur en meer

  • Home
  • Over Hanta
  • Contact
  • Privacy statement
  • Columns
  • Recensies
  • Beschouwingen
  • Blog
  • Meer
    • Liliane leest
    • Kettinglezen & rijgschrijven
    • Mediamoment
    • Sportzomers en -winters!
    • Zomergasten
    • Thuisblijfreizen
    • Bouke’s blues
    • Proza
    • Poëzie
You are here: Home / Alles / (non-)fictie / recensies / poëzierecensies / Ademhalen onder de maan – Ingmar Heytze

Ademhalen onder de maan – Ingmar Heytze

01/02/2012 by Bouke Vlierhuis 8 Comments

Ademhalen onder de maan is (ongeveer – het ligt er een beetje aan wat je wel en niet meetelt) de tiende dichtbundel van Ingmar Heytze en Ingmar Heytze is zo langzamerhand een van de dichters die de Nederlandse poëzie zoals we hem nu kennen heeft vormgegeven. Als chroniquer van het moderne leven schrijft hij altijd toegankelijke, herkenbare poëzie, wars van cryptische taal en snobisme.

Nou hou ik wel van een beetje literair snobisme en nog veel meer van cryptische, moeilijke poëzie dus Heytze is niet helemaal mijn dichter. Maar goed, dat kan ook rancune zijn omdat hij 3000 euro voor een gedicht in opdracht kan vragen en ik het moet doen met 185 euro royalties per jaar.

Alle geklets terzijde kun je bij het lezen van Heytzes werk, en deze nieuwe bundel is geen uitzondering, natuurlijk alleen maar concluderen dat hij vijftien jaar geleden een fenomenaal talent was en dat dat talent zich nu heeft ontwikkeld tot een dichter die met ogenschijnlijk enorm gemak nagenoeg perfecte gedichten aflevert.

Maar vaak mis ik toch het rauwe randje, de zichtbare pijn van een dichter die meer doet dan goede gedichten schrijven. Ik zie graag een dichter die afdaalt, in zichzelf of in de krochten van ons gemeenschappelijk bewustzijn, en daar minder mooie waarheden bovenhaalt. Een dichter die de vrijblijvende mijmering achter zich kan laten en die daarbij het behagen van zijn publiek op een tweede plaats stelt (en daarmee ook, helaas, zijn eigen commerciële succes dwarsboomt – dat terzijde).

Een, op zich geinige, observatie als ‘Wasstraat’, waarin een autowasstraat wordt beschreven als ‘een kokend, mechanisch heelal / met vrij spel voor wind en water’ en ‘een tunnel waar je / stuurloos door rijdt in zijn vrij en als oud licht / uit tevoorschijn komt – stralend’, mist wat mij betreft – om maar eens een recensentenwoord te gebruiken – urgentie.

Het gedicht dat op de volgende pagina staat is daarentegen weer briljant in zijn meerduidigheid, zijn maatschappelijke verwijzingen (studentenverenigingen, Islam) en zijn vormgeving als persoonlijke reis:

Inwijding

Op een dag treed ik toe tot een Vereniging.
Rond middernacht word ik van mijn bed gelicht,
geblinddoekt, in een habijt gehesen en een trap
af geleid naar een koele, geurende kelder.

Iemand zingt in een taal die ik niet ken.
Iemand anders reikt een beker aan. Die moet ik
tot de bodem legen. Met een cakewalk in de knieën
ga ik langs een haag van stemmen, dozijnen

handen op mijn lichaam, over mijn gezicht,
ik wentel als een soefi maar verlies mijn evenwicht,
de galm van drie gewetensvragen in mijn oren –
en als ik bijkom aan de voet van een plataan

in een zuidelijk land, zonder idee hoe ik daar ben
gekomen, begrijp ik dat het tijd is voor mijn avontuur,
dat ik niet langer alleen ben – dat voortaan alles,
alles anders zal zijn.

Het poëtisch vakmanschap van Ingmar Heytze – er staat ook een aantal prozagedichten in deze bundel en ook dat gaat hem makkelijk af – kun je alleen maar bewonderen, maar wie – zoals ik – op zoek is naar rauwe, schurende poëzie is bij hem meestal aan het verkeerde adres. Heytze schrijft ook helemaal niet voor die mensen. Heytze schrijft niet voor collega-dichters en niet voor recensenten. Heytze schrijft voor echte lezers. En gelijk heeft hij.

Deze recensie maakt deel uit van de blogtournee die Not Just Any Book organiseert rond Ademhalen onder de maan.

Misschien ook interessant:

  1. Ik ben niet gek! (ik ben een gedicht) – Chrétien Breukers en Frank Pollet (samenst.)
  2. Zoo van het denken – Peter Verhelst
  3. Vliegtuigmagneet – H.H. ter Balkt
  4. Weer een maand voorbij gelezen, dit is mijn aprilste gedicht

Filed Under: poëzierecensies Tagged With: Ingmar Heytze, poëzie

Comments

  1. Judith says

    01/02/2012 at 09:38

    Leuk stukje. Vooral leuk omdat je één van mijn favorite termen gebruikt: ‘literair snobisme’ (een andere favoriet is het Engelse ‘ubiquitous’). Ik houd echter helemaal niet van literair snobbisme. Ik houd overigens ook niet van gedichten, maar als ik dan toch eens een gedicht helemaal uitlees, is het eerder eentje van Heytze dan van een moeilijk dichter waar je in eerste instantie weinig van begrijpt en de rest van de dag bezig bent met de analyse.

    Ik ben het dus helemaal met je eens wat betreft je mening over de doelgroep van Ingmar Heytze!

    Reply
  2. leentje says

    01/02/2012 at 10:05

    Net als Judith ben ik geen poëzielezer en als ik één gedicht lees, dan heb ik al gauw het gevoel dat ik diep moet nadenken om er iets ingewikkelds van te vinden en dan liefst iets dat ook nog beaamt wordt door andere poëzielezers. En zelfs bij Heytze overviel dat gevoel me bij het eerste gedicht. Naarmate ik er meer las verdween dat en dat zal vast en zeker te maken hebben met de ‘doelgroep’ die je omschrijft. Leuk om jouw recensie te lezen, juist omdat je er anders tegenaan kijkt.

    Reply
  3. Bouke Vlierhuis says

    01/02/2012 at 10:31

    @Judith Ja, snobisme is echt iets om voor op te passen als je zo ‘in de poëzie zit’ als ik. Je vergeet maar al te makkelijk dat er mensen zijn die niet 4 dichtbundels per week wegkauwen. Ik vind het ontzettend knap van Heytze dat hij zo helder en toegankelijk kan blijven, zonder kinderachtig of afgezaagd te worden.

    @leentje Dank! En: poëzie lees je voor jezelf en niet om aan anderen te laten zie hoe slim je bent. Ik hou van een stevige discussie over een gedicht en in mijn stukken geef ik natuurlijk mijn mening, maar uiteindelijk is het toch een kwestie van smaak. Maar dat kun je als recensent natuurlijk niet opschrijven want dan maak je jezelf overbodig ;-)

    Reply

Leave a Reply Cancel reply

Your email address will not be published. Required fields are marked *

Zoeken

  • Facebook
  • RSS
  • Twitter

Nieuwste berichten

  • Nikos Kazantzakis over de Franciscus in wiens sporen paus Franciscus treedt
  • De Inktaap 2.0
  • Recensie: Oever – Ludwig Volbeda
  • Poëzieweek 2025: ‘Mijn vader zegt entropie mijn moeder logica’ – Sasja Janssen
  • Poëzieweek 2025: ‘Kratermond’ – Sara Eelen

Spotlight

Auteurs

  • Liliane Waanders

Meest gelezen deze week

Tags

Abdelkader Benali Adriaan van Dis Arnon Grunberg beeldende kunst boek boeken boekenweek Cees Nooteboom column De wereld draait door dood dwdd film fotografie gedicht Ilja Leonard Pfeijffer Jan Brokken journalistiek K.Schippers kunst lezen literatuur Louise O. Fresco Marguerite Duras Oek de Jong Olympische Spelen Poetry International poëzie recensie roman Rotterdam schrijven sportzomer sportzomer 2012 sportzomer 2013 sportzomer 2014 stoïcijn tennissen Tour de France vertalen Virginia Woolf voetballen wielrennen William Shakespeare zomergasten

Zoeken

Volg Hanta

  • Facebook
  • RSS
  • Twitter

Hoofdmenu

  • Home
  • Over Hanta
  • Columns en beschouwingen
  • Recensies
  • Beschouwingen
  • Meer
  • Contact
  • Privacy statement

Rubrieken

  • Liliane leest
  • Kettinglezen & rijgschrijven
  • Mediamoment
  • Sportzomers en -winters!
  • Zomergasten
  • Thuisblijfreizen
  • Bouke’s blues
  • Proza
  • Poëzie

Net binnen

  • Nikos Kazantzakis over de Franciscus in wiens sporen paus Franciscus treedt
  • De Inktaap 2.0
  • Recensie: Oever – Ludwig Volbeda

Archief

Auteurs

  • Liliane Waanders

Copyright © 2025 · News Pro Theme on Genesis Framework · WordPress · Log in

Hanta gebruikt cookies. Omdat een blog runnen zonder nou eenmaal niet kan. Wilt u geen cookies, zie dan de instructies hier: Meer over cookies Ok, ik snap het
Privacy & Cookies
Necessary Always Enabled