De tijd die de KNVB gebruikte om met Bert van Marwijk terug te kijken, heb ik benut om plannen te maken voor de toekomst. En… ik ben er uit. Zo gaan we het doen.
In het Nederlands Elftal is niet langer plaats voor voetballers die het al gemaakt hebben en alleen met hun mond belijden dat het een eer is om voor het land uit te komen. Het Nederlands Elftal wordt de springplank voor talentvolle voetballers die bewezen hebben het te kunnen maar er nog alle belang bij hebben zich in de kijker te spelen. Als zij presteren in Oranje zijn zij verzekerd van een overstap naar een gerenommeerde ploeg en dat is waar zij het voor doen.
Van de KNVB vraagt dit een volstrekt andere aanpak. Zij moeten selecteren met het oog van een scout en investeren in de opleiding van jonge spelers, die vaker en langer aan het clubvoetbal onttrokken worden dan tot nu toe gebruikelijk is. Dat doen zij voor een beperkte periode: een speler wordt voor twee jaar geselecteerd – van toernooi naar toernooi. Spelers mogen twee keer geselecteerd worden, maar de selectie, die bestaat uit dertig spelers, mag maximaal tien spelers tellen die ook al in de voorafgaande periode uitverkoren waren. Wie goed genoeg is zal na een toernooi de felbegeerde transfer in de wacht slepen, wie niet goed genoeg is valt af.
Clubs worden achteraf gecompenseerd voor het ter beschikking stellen van hun spelers, omdat zij meedelen in de transferovereenkomst. Ook de KNVB kan op die manier een deel van de gemaakte kosten terugverdienen.
In grote lijnen is dit het plan, voor de details heb ik nog wat meer tijd nodig. Maar als Bert van Marwijk zich nu al in dit concept kan vinden, mag hij wat mij betreft blijven.
Leave a Reply