In de aanloop naar haar verjaardag informeer ik bij mijn moeder naar haar wensen. Cadeautjes hoeft ze niet, cadeautjes hoeft ze al jaren niet meer. Maar als we het over het gebak hebben, begint ze gelukzalig te stralen. Paard met slagroom, dat moet het worden dit jaar. Ik herhaal wat ik denk verstaan te hebben: ‘Taart met slagroom.’ Niet dus: ze wil paard met slagroom. Als proef op de som wijk ik uit naar de taal die in haar jeugd een aantal jaren dominant is geweest. Het komt er zonder haperen uit ‘un cheval avec de la crème chantilly?’ Er is geen twijfel mogelijk: paard met slagroom, en niet zomaar een paard. Het moet ‘un cheval blanc’ zijn. Met een moorkop hoef ik dus niet aan te komen.
Leave a Reply