Valse papieren van Valeria Luiselli is zo’n boek waar je niet meteen in komt. Dat heeft te maken met de vorm. Valse papieren is namelijk geen roman, geen non-fictieboek en geen verhalenbundel. Het is wel een verzameling essays genoemd, maar dat is het ook niet echt.
Wat is het wel? Het is een bundel overpeinzingen. Luiselli is een jonge vrouw uit Mexico Stad die veel reist en daarbij altijd meerdere boekprojecten in haar hoofd heeft. Tijdens dat reizen en peinzen schrijft ze stukjes over dat reizen en peinzen.
En dat is dus ook meteen de reden dat je in het begin van het boek denkt: waarom zit ik dit in vredesnaam te lezen? De overdenkingen van Luiselli zijn immers nogal idiosyncratisch en gaan voor een groot deel over een stad en een land waar ik nooit geweest ben en waarschijnlijk ook nooit zal komen. Maar Luiselli blijft nooit bij lang bij een onderwerp hangen en haar stijl is net zo lenig als haar geest. Bovendien verbergt ze in de titels van haar hoofdstukjes kleine raadsels. De titels hebben weinig met de inhoud van de tekst te maken, maar komen van buiten. Het zijn opeenvolgingen van toevallig gelezen verkeersborden of namen van rivieren op een oude kaart.
Zo trekt ze je alsnog het boek in en krijg je spijt van je ongeduld bij de eerste twintig pagina’s. Het was me de moeite waard om ze opnieuw te lezen.
De ervaring is vergelijkbaar met die van Open stad van Teju Cole. Ook dat boek is opgebouwd uit autobiografische notities, schijnbaar zonder thematische samenhang en ook bij dat boek had ik moeite mijn ongeduld, mijn aangeleerde verlangen om snel te weten ‘waar het met een boek naartoe gaat’, aan de kant te zetten. De sleutel is denk ik dat je dit soort boeken moet lezen als poëzie: langzaam en woord voor woord, af en toe een passage herkauwend (over hoe de stad te druk is geworden om er zomaar doorheen te slenteren zonder het gevoel dat er iets van je verwacht wordt, over hoe buren elkaar bestuderen door de ramen van flatgebouwen, over hoe een crisis in je jeugd helpt je te vormen) terwijl je uit het raam staart of iets dergelijks, maar vooral niet met het verlangen achter iedere zin een doel te vinden of iedere zin ook maar te willen begrijpen.
En dan is dit bijzondere kleine boekje opeens veel te dun.
Leave a Reply