Een best wel snelle bolide voert ons anders dan door de woestijnlike leegte die tomtom ons als uitzicht voorspiegelt door een erehaag van bomen, bos en hei – en af en toe een landerij – bijna tot de voordeur van het Kröller-Müller Museum. Natuurlijk, het park is mooi, maar het regent hard, vandaar deze concessie aan de natuur.
Het is de eerste dag van de eerste herfstvakantie van dit jaar, en het weer heeft zich gekleed voor die gelegenheid, de bomen nog niet echt. De eerste dag is ook de eerste dag dat in het museum de tentoonstelling Art Cars te zien is: dertien als kunst vermomde auto’s en als auto’s vermomde kunst die verspreid over het terrein – binnen en buiten – een boodschap staan uit te dragen. Auto’s als toegepaste kunst. ‘Kunstenaars zijn aan de slag gegaan met het thema van de auto of hebben bijzondere modellen voorzien van hun persoonlijke handschrift’, zo staat het in de bijgaande brochure.
Art Cars is presented by Alphabet, een merkenonafhankelijke leasemaatschappij. Op haar website zegt de onderneming over haar initiatief: ‘Het ambitieniveau ligt zeer hoog. We willen met ART CARS een unieke presentatie neerzetten waarbij de cultuur-historische relevantie van de kunstenaars en kunstwerken voorop staan.’ Het museum zelf is bescheidener en kondigt alleen de komst van een bijzondere collectie Art Cars aan: ‘Te zien zijn onder andere vier uiterst exclusieve objecten uit de collectie BMW Art Cars, van wereldberoemde kunstenaars zoals Jeff Koons, Jenny Holzer, David Hockney en Roy Lichtenstein. Ook Nederlandse kunstenaars, zoals Joost Conijn, Olaf Mooij en Jean-Paul Marsman zijn met kunstauto’s vertegenwoordigd.’
Art Cars is een tijdelijke tentoonstelling met een hele korte looptijd. De auto’s zijn alleen tijdens de herfstvakanties, van 13 tot en met 28 oktober, te zien. Een beetje kort om de ware kunstliefhebber de kans te geven om te komen kijken, maar net lang genoeg om vaders (m/v) te verleiden om hun zonen (m/v) mee naar het museum te nemen. Elke dag dat een kind zich tijdens een vakantie niet verveelt, is er een.
De dertien voertuigen die in het Kröller-Müller te zien zijn alleen maar zien als opgepimpte auto’s doet de objecten onvoldoende recht. Toch is die verleiding groot. De Alphabet Art Car van Jean-Paul Marsman, de BMW Art Car van Jeff Koons en de Fiat 500 van Selwyn Senatori refereren toch vooral aan de auto als snel hebbeding. De kunstenaar heeft zich tijdens het maken gevoegd naar de drager, een in vorm geperst metalen doek.
Dat geldt in zekere zin ook voor de door David Hockney en Roy Lichtenstein beschilderde BMW Art Car, maar zij slagen er beter in om de wisselwerking tussen voorwerp, gebruiker en omgeving te vangen in de voor hen kenmerkende beeldtaal. Wie deze auto’s gezien heeft, zal ander werk van Hockney en Lichtenstein herkennen.
Erwin Wurms UFO en I love my time, I don’t like my time en Olaf Mooijs Chesterfield Car zijn gemetamorfoseerde auto’s die vervreemding teweeg brengen. Ze zijn nog wel herkenbaar maar niet functioneel meer, onder andere door het ongewone materiaalgebruik.
John Körmeling, Wim T. Schippers en Jenny Holzer kwijten zich met Car as Flowerbox, Le Taxi Cabossé, Fourwheeled Dents en BMW Art Car van een maatschappijkritische taak. John Körmeling door de toekomstige overbodigheid van de auto te benadrukken. De toegetakelde taxi van Schippers deed twee jaar dienst in Parijs, het vertrouwen in de lokale taxichauffeurs in twijfel trekkend. Jenny Holzer voorzag een raceauto van teksten die tot nadenken stemmen.
Mijn favoriet is de Hout auto van Joost Conijn. Met deze houtgestookte auto reisde Conijn door Roemenië, Moldavië en Albanië om mensen te ontmoeten en zichzelf tegen te komen.
Het is mogelijk om de kunstkarren van een cultuurhistorische betekenis te voorzien, simpelweg door ze te beschrijven en te categoriseren. Maar al met al is Art Cars vooral een slim bedacht zoethoudertje tijdens regenachtige dagen, met uitstraling voor de branche. Vaders (met/zonder kinderen) stonden verlekkerd te kijken. Voor kinderen (met/zonder vaders) was er een werk dat nog veel meer tot de verbeelding sprak: Inopportune: Stage Two van Cai Guo-Qiang. De negen in doodsnood verkerende tijgers konden op medelijden en bewondering rekenen. Dat de kunstenaar zich zorgen maakt over het onvermogen van de mens om te dealen met terrorisme, oorlogsgeweld en uitroeiing, dat ging (nog) langs hen heen.
Art Cars is tot en met 28 oktober te zien in het Kröller-Müller Museum, Inopportune: Stage Two altijd.
Leave a Reply