Hoe is het mogelijk. Voor de tweede keer deze week hoor ik iemand zonder dat ik daarom vraag lovende woorden spreken over Jan Brokken. Eerst dacht ik nog dat ik het niet goed verstaan had. Ik sta op de roltrap en voor en achter mij zijn mensen druk in gesprek. In dat rumoer denk ik dat ik zijn naam hoor noemen. Ik concentreer me in de hoop nog meer flarden van het gesprek op te vangen, en het dan zeker te weten.
Ik heb het goed gehoord: de mevrouw voor mij op de roltrap las In het huis van de dichter, vanwege Youri Egorov , maar ze is zeker van plan om nu meer van Jan Brokken te gaan lezen: ‘die man kan schrijven’. Dat wist de mevrouw tegen wie ze dit vertelt allang.
Ik zeg niets. In plaats van mijn tong af te bijten, maak ik heel snel de balans op van zijn oeuvre, zodat ik desgevraagd een boek kan aanbevelen.
De eerste keer dat zijn naam viel, was toen er bij wijze van kennismaking literaire voorkeuren werden uitgewisseld. Altijd een goede manier om te kijken wat voor vlees je in de kuip hebt. Toen was het Baltische zielen dat in de smaak gevallen was.
Leave a Reply