Alweer een maand en 24 gedichten verder. De tijd vliegt, ook met een gedicht per dag. Uit de selectie die Chrétien Breukers voor De scheurkalender van de poëzie maakte voor de maand februari was dit gedicht van Thomas Möhlmann – geschreven ter nagedachtenis aan Rutger Kopland, vandaar de aanhef – mijn favoriet:
het geheim van de wereld is het zichtbare
niet het onzichtbare
[Rutger Kopland]
Tot hier gaat het gras, tot daar het krakend hek
daarachter nog de paarden en het water en dan
wordt het langzaam vager, het is niet onmogelijk
je een voorstelling te maken van de verte
van hoe het moet zijn om daar zelf te staan
maar het blijft daar en het blijft maar een blik
het uitzicht laat je beleefd al zijn gezichten
zien maar kijkt je niet recht in de ogen
als je te lang staart begint het te tranen
als het licht prikt moeten je ogen dicht
iemand stapt zijn tuin uit, zet zijn voeten
voor het eerst in het onzichtbare neer.
Maar het had niet veel gescheeld of het was toch Op de trappen van Algiers A.B. van Eriek Verpale geworden.
Leave a Reply