Vannacht werd ik precies op tijd wakker om het staartje van het nieuws van drie uur te horen. ‘Marc van Uchelen werd 42 jaar’, dat hoorde ik. En meteen moest ik denken aan Boven is het stil. Omdat ik er tijdens het kijken naar Boven is het stil op verdacht was dat Gerbrand Bakker voorbij moest komen, zag ik Marc van Uchelen over het hoofd. Althans: ik zag hem, hij kwam me bekend voor, maar zijn naam schoot mij niet snel genoeg te binnen. De scène waarin ze samen zitten, was zomaar weer voorbij. Ik kreeg te weinig bedenktijd. Ze monteren het bed dat in de film (en in het boek) een verandering markeert.
Toen ik zijn naam las op de aftiteling vond ik het behoorlijk stom van mezelf dat zijn naam niet meteen was opgepopt. Hoewel ik zijn carrière niet op de voet volgde, was hij na zijn debuut – in De aanslag van Fons Rademakers, de film naar het boek van Harry Mulisch won een Oscar voor de Beste buitenlandse film – niet uit beeld verdwenen, al stond hij – net als Erik van ’t Woud – Aristides Quarles van Ispen in Q & Q – uiteindelijk vaker achter dan voor de camera.
Ondanks het nieuws was ik niet klaarwakker, maar ik deed mijn best om het nieuws een uur later weer te horen. En zo waakslaapte ik me door de nacht om te constateren dat de dood van Marc van Uchelen niet elk uur van de nacht nieuws was. Dat vond ik verdacht. Inmiddels heeft de actualiteit dat nieuws ingehaald.
Leave a Reply