In het echt is ze kleiner dan op televisie. Echt veel kleiner. Ik schat haar op een centimeter of tien. Zeker weten doe ik dat niet, want ook nu zit er tussen haar en mij een scherm. Ik kijk naar een documentaire over Jean Dulieu, de man die haar bedacht en bespeelde, en zie voor het eerst de verhoudingen tussen voor- en achtergrond nu er uitgezoomd wordt. Daarom denk ik dat ze niet veel groter is dan een centimeter of tien.
Toen ik klein was, was ik als de dood voor haar. Het idee dat ze ieder moment op haar bezemsteel het beeld in kon komen vliegen, maakte dat ik permanent in een staat van paraatheid verkeerde. Handen voor mijn ogen, vingers in mijn oren was vaak niet genoeg. Als het echt eng werd dook ik achter de stoel van mijn vader. Daar was ik veilig, zeker als mijn vader in die stoel zat. Nee, naar Paulus de Boskabouter kijken was voor het bange kind dat ik was, geen onverdeeld genoegen.
Eucalypta – want over haar gaat het, maar dat had u ongetwijfeld al begrepen – is één van de vele (sprookjes) heksen die terugkeerden in dromen die ik zo eng vond dat ik liever niet ging slapen.
Was het omdat ik een bang kind was? Of speelde een (te) rijke fantasie – en wellicht ontluikend empathisch vermogen – ook een rol? Ik vond Eucalypta eng, maar ik vond haar ook niet aardig. Behalve dat ik bang was, voelde ik me ook onmachtig: ik zag dat ze wat van plan was, maar haar tegenhouden of degenen op wie ze het gemunt had waarschuwen ging niet.
Als er één ding fundamenteel veranderd is, dan is het dat ik me nu heel erg bewust ben dat televisieprogramma’s gemaakt worden. Dat het niet echt is. Toen maakte ik dat onderscheid niet, kon ik dat onderscheid waarschijnlijk niet maken. Ik ging mee in het verhaal en ging er vervolgens helemaal in op.
Tegenwoordig sta ik er misschien wel te veel bij stil dat programma’s geproduceerd worden, dat overal over nagedacht wordt, dat regisseren verder gaat dan tijdens een opname of uitzending niet alles aan het toeval overlaten.
Nog even terug naar Paulus de Boskabouter. Paulus de Boskabouter was een eenmanszaak. Jean Dulieu was in zijn eentje verantwoordelijk. Hij wilde niet anders. Hij kon niet anders. Over zijn veelzijdige talent en zijn innerlijke verscheurdheid schreef zijn dochter Dorinde van Oort Paulus de Boskabouter of het dubbelleven van Jean Dulieu.
Leave a Reply