‘Op het strand,’ zag ik een kustvisser. In zijn lieslaarzen waadde hij door de zee, de touwen van het net dat hij voortsleepte over zijn schouders. Zo voel ik me dikwijls, Hanna, ik sleep een net achter me aan, het is tot berstens toe gevuld met een verleden van enkele duizenden jaren, het is vol en ik kom bijna niet meer vooruit. Ik zou het net los moeten laten, of het moeten legen op het strand, om weer te kunnen vissen. Natuurlijk zal ik dan op een andere manier hetzelfde vangen, maar ik kom tenminste weer vooruit.’
Dat zegt Andrea Simonetti tegen zijn geliefde Hanna Piccard. Andrea Simonetti zijn personages, door Oek de Jong verzonnen voor Cirkel in het gras.
Het is een mooi beeld. Het verleden voortgesleept voorbij het heden. Maar lastig is het wel.
Wat ik me tijdens het lezen van deze alinea afvroeg: is Pier en oceaan vangst op het strand achtergelaten en heeft Oek de Jong met schrijven van die roman dus ruimte gemaakt voor een nieuw verleden?
Ik ga het hem vragen.
Op 25 september is Oek de Jong de eerste gast van de Stichting Literaire Activiteiten Zwolle. Daarom (her)lees ik zijn werk en noteer ik af en toe wat mij opvalt.
Leave a Reply