Vanavond begint de tweede reeks O’Hanlons Helden, waarin Redmond O’Hanlon reist in het spoor van zijn helden of mensen die zijn helden zijn geworden. Want, zo blijkt uit wat regisseur/eindredacteur Roel van Broekhoven in de aan de serie gewijde bijlage van de VPRO Gids #48, niet alle namen werden door Redmond O’Hanlon aangedragen.
De meeste van O’Hanlons helden komen uit zijn thuisland (dat is niet alleen aan zijn chauvinisme te wijten: Groot-Brittannië is oververtegenwoordigd als het om bekende ontdekkingsreizigers). Roel van Broekhoven: ‘Wij wilden ook graag Franse, Russische, Duitse en Nederlandse helden. En vrouwen. Dat vraag nog meer research. Redmond had wel een paar vrouwen, waar hij met enig dedain over sprak, maar die gingen naar gebieden waar wel al geweest waren. We waren dan ook ontzettend blij met de Nederlandse Alexandrine Tinne. Van haar had hij nog nooit gehoord.’
Over Alexandrine Tinne – J.G. Kikkert schreef een biografie over haar: Een Haagsche dame in de Sahara: het avontuurlijke leven van Alexandrine Tinne 1835-1869 waaruit blijkt hoe ongewoon niet alleen in haar eigen kring haar rondtrekkende manier van leven gevonden werd – en haar moeder gaan de eerste twee afleveringen van O’Hanlons helden: Haagse dames in Afrika.
Daarna komen Henry Wickham, Richard F. Burton, Georg Wilhelm Steller en Luigi d’Albertis aan bod. Zij voeren Redmond O’Hanlon en de crew van O’Hanlons helden naar het Amazonegebied, Karachi, Alaska en Nieuw-Guinea.
Volgens mij zag ik Redmond O’Hanlon voor het eerst op televisie samen met die andere reiziger Boudewijn Büch. Recenter was hij te zien als een van de opvarenden van de clipper Stad Amsterdam in de serie Beagle: in het kielzog van Darwin.
Tijdens die reis hield collega-bioloog Dirk Draulans een dagboek bij: Beagle Dagboek: op reis naar de oorsprong van de evolutie. Daarin komt Redmond O’Hanlon natuurlijk ook voor. Uit wat Dirk Draulans optekent, is op te maken wat voor soort reiziger en reisgenoot Redmond O’Hanlon is:
‘Redmond maakt altijd fantastische reizen, waarop hij zelden of nooit iets spectaculairs beleeft, maar door het filosoferen over mogelijke rampen en parasieten houdt hij het spannend. Ingebeelde onverkwikkelijke gebeurtenissen en avonturen zijn meestal spectaculairder dan echte (tenzij je de echte fel bijkleurt).
(…)
Redmond zeulde niet alleen een berg oude boeken mee, maar ook enkele nieuwe wetenschappelijke publicaties, onder meer een bijdrage over een kersvers kevergeslacht uit Mexico dat een biologische bewonderaar naar hem had genoemd: Ohanlonella. De man had in een brief benadrukt dat er niets aan het gedrag van de diertjes was waar zijn idool beschaamd over moest zijn.
Redmond was een meester in het koppelen van oude ontdekkingsreizigers aan de plaatsen die we bezochten. Hij worstelde zich zelfs, weliswaar moeizaam, door de saaie beschrijvingen van de geologie van Tenerife door Darwins voorganger en held von Humboldt.’
In de eerste serie sleepte Redmond O’Hanlon steevast een rolkoffer – waarvan wij moesten geloven dat daarin al die boeken zaten (of althans een deel) die hij van huis had meegenomen, maar die soms met een te groot gemak opgetild werd om die illusie niet te verstoren – achter zich aan. Dat beeld deed me aan mijn eigen gezeul met boeken denken. Mijn rolkoffertje begaf het op de trappen van het station van Antwerpen, waar ik er getuige van was dat een van de wieltjes zonder vrees de diepte in stuiterde. Alleen had ik niet meteen in de gaten dat het het wieltje van mijn koffertje was dat mij voorbij huppelde.
Leave a Reply