Omdat er zonder Muze geen gedichten zijn en het een aangename gedachte is dat zij steeds dezelfde is, mag De Muze van Anna Achmatova niet ontbreken:
Wanneer ik ’s avonds wacht of zij zal komen
Dan hangt het leven, lijkt het, aan een draad.
Wat maal ik nog om roem, jeugd, vrijheidsdromen
Als zij met haar schalmei daar voor mij staat.
Daar is ze. Met haar sluier teruggeslagen,
Kijkt ze mij aan met verholen blik.
‘Was jij het die aan Dante’, zal ik vragen
‘De Hel dicteerde?’ ‘Ja,’ is ’t antwoord. ‘Ik’.
Ik noem haar buiten mededinging en geef in november de voorkeur aan Manuel Kneepkens:
Arctica! Antarctica!
Je hokt nu op de Noordpool, schrijf je
met een ijsbeer samen. Iedere nacht
streel je, haast zwanger
van zachtzinnigheid, zijn buik
In de spleetogen van de eskimos ben je
Ulla Vangsa Vinga Kary
Die-Altijd-Zonder-Pels-Op-IJsschotsen-Te-Kijk-Ligt
Klein robbin Droefheid
stuur me maar geen brieven meer
óók geen fotoos
geen ansichten of telegram
hier naar mijn igloo op de zuidpool
Láát mij
in de koude harem van mijn pinguïns
Leave a Reply