Niets mocht er naar buiten over Gerard Heineken: de man, de stad en het bier voordat Charlene de Carvalho het eerste exemplaar van het boek in ontvangst had genomen. Journalisten die het boek voor die tijd wilden lezen en/of schrijfster Annejet van der Zijl voor die tijd wilden spreken moesten schriftelijk geheimhouding beloven tot een door de uitgever bepaald moment (afgelopen donderdag, 19 uur 30).
Dat gaat ver. Dat gaat heel ver. Dat gaat veel verder dan het eenzijdig afgekondigde embargo waarmee uitgeverij AtlasContact probeerde te voorkomen dat er voor de dag dat De kleurloze Tsukuru Tazaki en zijn pelgrimsjaren officieel zou verschijnen – de dag dat Haruki Murakami 65 werd – al aandacht aan het boek besteed zou worden.
Toen ik daags voor de boekpresentatie ineens overal las dat Freddy Heineken geen ‘echte’ Heineken was, wist ik nog niets van die afspraak. Tot dat moment wist ik alleen dat Gerard Heineken: de man, de stad en het bier eigenlijk al eerder had moeten verschijnen dan afgelopen donderdag.
Inmiddels weet ik dat ‘het nieuws’ dat voor Het Parool belangrijk genoeg was om het embargo te schenden (ik ben niet voor zo’n embargo’, maar vind wel dat een journalist die zich akkoord verklaard heeft met gestelde voorwaarden zich aan zijn woord moet houden), eigenlijk helemaal geen nieuws is.
Het stond al ergens geschreven: in 1890 verscheen Achter de schermen – de titelpagina belooft ‘onthullingen uit onze “deftige” kringen – geschreven door een kwaadwillend familielid – een zwager – van de Heinekens ((lees daarvoor met name de bladzijden 33 en 34 van Achter de schermen).
Dat Freddy geen ‘echte’ Heineken was omdat zijn vader Henry Pierre Heineken geen ‘echte’ Heineken was (maar het kind van zijn moeder en de huisvriend, met wie ze overigens na het overlijden van haar eerste man alsnog trouwde), is dus geen goed bewaard familiegeheim dat door intensief researchen door Annejet van der Zijl en degene die haar daarbij terzijde stond onthuld wordt.
Ik heb Gerard Heineken: de man, de stad en het bier nog niet gelezen, dus ik weet niet of er misschien zelfs sprake was van een zwangerschap met medeweten van Gerard Heineken, om zo het tot dan toe kinderloos gebleven huwelijk alsnog te zegenen met de komst van een erfgenaam. (Maar ik hoor Annejet van der Zijl bij Jinek vertellen dat dat inderdaad het geval was. Gerard Heineken erkende het kind een paar dagen na de geboorte.)
Hoe dan ook: de vader van Freddy Heineken ging officieel als een Heineken door het leven. En Freddy is wel zijn ‘echte’ zoon. Maar wie zou er opgekeken hebben van een bericht met de kop: ‘Henry Pierre Heineken was geen echte Heineken’.
Groter nieuws dan het nieuws over het buitenechtelijk zijn van ‘zijn’ kind vind ik het feit er over Gerard Heineken zo goed als niets (alleen een klein fotootje) te vinden was in het familiearchief en dat ook in het bedrijfsarchief elk spoor van hem ontbreekt. Ook daar zegt Annejet van der Zijl iets over in het gesprek met Eva Jinek. Daar heeft kwaadwillende ‘familie’ een hand in gehad.
Uit wat ik Annejet van der Zijl in Jinek hoor vertellen, maak ik op dat Gerard Heineken een sociaal bewogen man was die ondernemen en filantropie combineerde. De genen waarin die eigenschappen vastliggen, heeft hij niet doorgegeven. Maar een mens wordt niet alleen bepaald door wat aangeboren is. Ook wat hij aangeleerd heeft, tekent hem.
Met oog voor die wisselwerking begin ik binnenkort in Gerard Heineken: de man, de stad en het bier.
Leave a Reply