Omdat lijstjes het leven lekker overzichtelijk maken, heeft het literaire leven er weer een lijstje bij. Dat de logica in de voorgaande zin ontbreekt is niet toevallig. Toen ik me nadat ik kennis genomen had van het bestaan van de Editio-Top-35 – zo heet het nieuwste literaire lijstje – ging verdiepen in de wijze waarop deze schrijversranglijst tot stand komt, werd ik getroffen door de schijnlogica van de puntentelling.
Volgens Henk Kraima – hij vormt samen met Monique Burger en Rudi Wester het Expertpanel (voor hun verdiensten, zie onder: ‘Verantwoording puntentelling’ op de site van Editio) – mocht de Editio-Top-35 geen dertien-in-een-dozijn-lijstje worden (zo zei hij het niet: hij zei dat de lijst zich moest onderscheiden van al bestaande lijstjes).
De vraag is of dat gelukt is.
Bij de totstandkoming van de Editio-Top-35 tellen vier aspecten mee: kritische waardering, verkoopcijfers, internationaal succes en de zichtbaarheid van een schrijver (dit zijn de woorden die Henk Kraima gebruikt als Thomas de Veen van de NRC hem om een toelichting vraagt).
Onder het kopje ‘Verantwoording puntentelling’ op de site van Editio staat een nadere specificatie. Daaruit is op te maken: welke prijzen meetellen (en hoe zwaar de diverse prijzen wegen); welke staffel gehanteerd wordt bij de verkoopcijfers; hoeveel punten er per vertaling te behalen zijn en wat onder ‘zichtbaarheid en bijdrage aan het literaire discours’ verstaan wordt.
Zo wordt geprobeerd de prestaties van schrijvers te objectiveren, maar daarbij wordt onvoldoende rekening gehouden met het feit dat de parameters die meetellen bij het wegen van het soortelijk gewicht van schrijvers niet los van elkaar staan, sterker nog: ze beïnvloeden elkaar wederzijds.
Misschien is dat het meest duidelijk als het gaat om het laatste punt (zichtbaarheid en bijdrage aan het literaire discours’). Het Expertpanel kent alleen punten toe aan ‘zichtbare’ schrijvers van wie recent een nieuw boek verschenen is (licht Henk Kraima toe in dat gesprek met Thomas de Veen).
Als een schrijver zijn stem en positie gebruikt om een bijdrage te leveren aan ‘het’ maatschappelijk debat levert dat geen punten op, tenzij hij/zij net een boek geschreven heeft (maar dat boek hoeft niets met het onderwerp van de discussie te maken te hebben).
Een schrijver die niet weg te slaan is uit de media – media-aandacht die nodig is om de verkoop van een nieuw boek te stimuleren – kan punten scoren in twee categorieën: verkoopcijfers en ‘zichtbaarheid en bijdrage aan het literaire discours’.
Tijdens het lezen van de ‘Voorwaarden puntentelling’ viel me onder andere ook op dat: het primaat bij de literatuur ligt; de indeling van prijzen in categorieën en het aantal punten dat het krijgen van een specifieke prijs arbitrair is; het onderscheid in waardering voor oeuvreprijzen en bekroningen voor een enkele titel relatief klein is (behalve als de Nobelprijs voor Literatuur toegekend wordt); hele hoge verkoopcijfers niet lonen; (de omvang van) het taalgebied er bij vertalingen niet toe doet, en een indicatie van wat onder ‘zichtbaarheid en bijdrage aan het literaire discours’ verstaan moet worden ontbreekt (en dat geldt ook voor het aantal punten dat een dergelijk optreden op zou kunnen leveren).
U zult inmiddels wel nieuwsgierig zijn. Nou, dit zijn ze. De 35… schrijvers van Nederland (ik weet werkelijk niet welk bijvoeglijk naamwoord ik op de plaats van de ‘… ‘ moet invullen):
1.Tommy Wieringa (113 punten), 2. Oek de Jong (96); 3. A.F.Th van der Heijden (78); 4. Arnon Grunberg (67); 5. Jan Brokken (66); 6. Gerbrand Bakker (65); 7. Tom Lanoye (60); 8. Herman Koch (58); 9. Martin Bossenbroek (57); 10. Joke van Leeuwen (56); 11. Geert Mak (53); 12. Esther Naomi Perquin (52); 13. Michel van Egmond (51); 14. Kees van Kooten (48); 15. Toine Heijmans (47); 16. Esther Gerritsen (46); 17. Bert Wagendorp (44); 18. Marja Pruis (43); 19. Simone van der Vlugt (40); 20. Michael Berg (39); 21. Saskia Noort (38); 22. Peter Terrin (37); 23. Dimitri Verhulst (36); 24. Arjen Lubach (35); 25. Cees Nootenboom (34); 26. Esther Verhoef (33); 27. Anne Vegter (32); 28. Shira Keller (31); 29. Nelleke Noordervliet (30); 30. Isa Hoes (29); 31. Ramsey Nasr (28); 32. Christiaan Weijts (27); 33. Arthur Japin (26); 34. Erwin Mortier (25); 35. Carolijn Visser (24).
Of het gelukt is om met de Edito-Top-35 een lijstje te maken dat niet dertien in een dozijn is? Het is in ieder geval een bont gezelschap van mensen die zelden in elkaar gezelschap verkeren is alvast iets. Maar de eerlijkheid gebiedt te zeggen dat de ranglijst ondanks dat een hoog ‘usual-suspects’- gehalte heeft. Ik weet nog niet welke waarde ik aan dit lijstje – de Editio-Top-35 2014 – moet toekennen.
Een ding ben ik u nog schuldig. De naamgever van de ranglijst. Editio is een ‘schrijf- en uitgeefplatform’ dat ‘de grote groep amateurschrijvers met ambitie wil helpen betere schrijvers te worden, hun meer plezier in het schrijven verschaffen en hen zo in staat stellen het werk te maken dat hun voor ogen staat.’ Dit vanuit de gedachte dat ‘niet iedereen een even goede schrijver kan worden, wel dat iedereen een betere schrijver kan worden’. Zo staat het op de website.
Leave a Reply