De Franse schrijver Stendhal was zo onder de indruk van de in Florence aanwezige kunst dat hij daar danig in de war raakte: ‘Ik raakte in extase door het idee dat ik in Florence was, vlakbij de grote meesters wier praalgraven ik had gezien. Toen ik uit de Santa Croce kwam, had ik hartkloppingen. Het leven vloeide uit me weg. Ik liep, maar was bang dat ik zou vallen.’
Sindsdien staat wat Stendhal na zijn bezoek aan de kerk van Santa Croce overkwam – het overrompeld worden door de schoonheid van kunst met lichamelijke verschijnselen als versnelde hartslag, duizeligheid, verwarring en flauwvallen (in ernstige gevallen treden soms zelfs vormen van manie, hallucinaties of andere psychotische verschijnselen op) – bekend als het Stendhal-syndroom.
De David van Michelangelo Buonarroti is een van de kunstwerken die een potentieel gevaar voor de volksgezondheid vormen. Jaarlijks komen er meer dan een miljoen mensen naar hem kijken (de eerste 350 jaar van zijn leven, hij werd in 1504 geboren, stond hij buiten, sinds 1873 is hij onderdak in de Galleria dell’Accademia in Florence), maar de vraag is: hoe lang nog? Want David – hij is 5.17 meter lang en weegt 5.500 kilo – heeft het moeilijk. Het marmer waaruit hij door Michelangelo bevrijd werd, vertoont haarscheurtjes. David dreigt door zijn enkels te gaan.
Behalve dat hij lang in een ongemakkelijke positie aan de buitenlucht is blootgesteld, is hij gehouwen uit een inferieur soort marmer. Ook het trillen van de aarde veroorzaakt door verkeer, toeristen en aardschokken heeft hem geen goed gedaan. Daarover zijn de onderzoekers het eens.
Maar ze hebben het niet over hoe ze David gaan behandelen. Misschien omdat niet alle restauraties onomstreden waren. Onder andere omdat ze teveel op zijn buitenkant gericht waren.
Misschien is David wel niet meer te redden en durft niemand dat hardop te zeggen. In dat geval staan er her en der nog wel wat reserve-Davids. Zoals de David op de foto hier onder. Ik fotografeerde hem in het vroege voorjaar van 2011 in het Victoria & Albert Museum in Londen waar ze aan het herinrichten waren.
Per slot van rekening staat er in Florence ook al jaren een kopie in weer en wind buiten.
Er is, ook kunsthistorisch, niets mis met een kopie: ‘It’s my intention to try and show that the copy itself has worth, and that it leads us to the original and I believe that this approach is not only valid in art’, dat vindt althans William Shimell die in Copie Conforme van Abbas Kiarostami de schrijver James Miller speelt die net een boek geschreven heeft over de relatie tussen originelen en kopieën.
Paul van de Wiel says
Buiten staat een zeer goede replica. Over zeg 3000 jaar zullen de mensen het moeten doen met replica’s en reproducties van alle grote kunstwerken uit deze tijd. Zal de kunstbeleving dan minder stendhaliaans zijn? Toen ik de David voor het eerst buiten zag staan had ik de illusie de echte te zien. Ik was onder de indruk. Is dit eerste gevoel veranderd toen ik later hoorde dat de echte David binnen stond? Nee natuurlijk!