HANTA

Literatuur en meer

  • Home
  • Over Hanta
  • Contact
  • Privacy statement
  • Columns
  • Recensies
  • Beschouwingen
  • Blog
  • Meer
    • Liliane leest
    • Kettinglezen & rijgschrijven
    • Mediamoment
    • Sportzomers en -winters!
    • Zomergasten
    • Thuisblijfreizen
    • Bouke’s blues
    • Proza
    • Poëzie
You are here: Home / blog / Wat zouden ze met die zin bedoelen?

Wat zouden ze met die zin bedoelen?

22/06/2014 by Liliane Waanders Leave a Comment

Het begin, een zomerse episode - Joost ZwagermanVroeger zal de zin ‘iedere overeenkomst met bestaande personen berust op louter toeval’ wel een functie gehad hebben, maar als ik die zin nu tegenkom denk ik al gauw: ja, ja, het zal wel. Dat sommige schrijvers aan die zin een draai geven en er zo de draak mee steken, snap ik wel. Dat de literatuur niet zonder de werkelijkheid kan, weten we inmiddels. (Dat de werkelijkheid niet zonder literatuur kan, dat inzicht wordt nog niet door iedereen gedeeld).

In een boekje – ik denk dat ik Het begin: een zomerse episode van Joost Zwagerman vanwege het formaat (18,5 x 13 centimeter) en het aantal bladzijden (46)een boekje mag noemen – dat ik deze week tweedehands kocht, viel mij een andere zin op:

‘De inhoud van deze uitgave geeft de inzichten weer van de auteur en niet noodzakelijk die van de uitgever of Sanofi – Synthelabo B.V.’

Het begin: een zomerse episode (1999) is in opdracht geschreven en uitgeven door Academic Pharmaceutical Productions.

Waarschijnlijk is die zin net zo standaard als die over die toevallige overeenkomsten, en willen opdrachtgever en uitgever zich indekken tegen imagobeschadiging, anti-reclame of nog erger: claims (zoals ook schrijvers en uitgevers die zin vroeger niet zomaar gebruikten).

Het begin: een zomerse episode gaat over een dag die een vader en zijn peuterzoon samen aan het strand doorbrengen (zijn vrouw brengt de dag in het gezelschap van hun pasgeboren tweede zoon binnen door). Als de fantasie van de zoon eenmaal geprikkeld is, moet de vader mee in het spel dat zijn kind ervan maakt.
Onderweg ontmoetten ze ‘oude bekenden’ die net iets meer zijn dan dat. Hij – de vader – kent haar – alleenstaande moeder – van een korte affaire, maar inmiddels zijn de onderlinge verhoudingen ondanks aanhoudende gevoelens van zijn kant genormaliseerd. De kinderen kennen elkaar – zij heeft een dochter die twee jaar ouders is dan zijn zoontje van vier – en hebben vaste speelrituelen. Als het spelen uit de hand dreigt te lopen, sust de vader de boel en ontfermt zich tijdelijk over beide kinderen.

Maar dan die zin: ‘De inhoud van deze uitgave geeft de inzichten weer van de auteur en niet noodzakelijk die van de uitgever of Sanofi – Synthelabo B.V.’ Die bleef tijdens het lezen door mijn hoofd spoken. Het begin: een zomerse episode is een onschuldig verhaal. Waar waren ze bang voor. Waar namen ze aanstoot aan.

Strookte dit niet met het wereldbeeld van geldschieter en/of uitgever:

‘Het spelletje kende voor Stijn al snel geen einde meer. Hanna en ik probeerden voorzichtig door te laten schemeren dat mama en papa een uit verveling geboren grap hadden gemaakt en dat de zee, de wind en de regen toch gewoon Zee, Wind en Regen heette en heus geen mensen waren. Het was een achterhoedegevecht. Alle dingen waren al mens geworden, dat viel hem niet meer uit het hoofd te praten. Ding, dier, plant en mens waren inmiddels één en ondeelbaar. Eenmaal gebruikte ik in een relativerend bedoelde uitleg zelfs het woord ziel tegen hem. Stijn proefde het woord een aantal malen op zijn tong. Zzielll. Aan de nadruk waarmee hij het me had nagezegd kon je horen dat hij er met geen mogelijkheid betekenis aan kon geven. Met een instinct van onwerkbare abstracties liet Stijn het woord vervolgens aan zijn aandacht ontglippen.’

Veroordeelden ze dit gedrag:

‘Manolo is zes jaar jonger dan zij, ze hadden twee jaar een relatie die altijd schimmig voor me is gebleven, en toen Guusje hem vertelde dat ze zwanger van hem was, ging hij er vandoor in een tempo waarmee hij onder zijn vrienden enig respect afdwong.’

Waren ze bang dat iemand zich in deze omschrijving zou herkennen en amok zou maken:

‘Niet lang daarna was de verwerkingsfase echter voorbij en trok Guusje in bij iemand die ook Richard heette. Hij was allesbehalve haar type; een hipbebrilde museumconservator uit Utrecht met een windvaangevoelige voorkeur voor artistiek-pornografische tentoonstellingen die hij manmoedig de wereld in slingerde met behulp van publiciteitscampagnes die duurder waren dan de postmoderne topstukken in het provinciale museum.’

Waren ze het hier pertinent mee oneens:

‘Toon met milde distantie een objectieve belangstelling voor andermans kinderen. Dat is de ongeschreven regel die ouders in acht nemen. Mij lukte het niet altijd. Ik begon me te ergeren aan Mira’s verwende gejengel. Ze noemde mijn kind gek. Dat was kinderpraat die niets om het lijf had. Maar het krenkte me. Dat was onredelijk en overdreven, ik wist het. Maar het krenkte me.’

Of vonden ze de setting ongelukkig gekozen – misschien niet onbelangrijk om te weten dat achter op het boekje ook nog deze zin prijkt: ‘Begin met Migrafin’ (Migrafin is een middel tegen migraine). Een dagje naar het strand is voor iemand die weet wat migraine is niet per se of altijd een genoegen.

Een ding zagen geldschieter en uitgever – die opdracht geven tot het zetten van die zin – over het hoofd: Het begin: een zomerse periode is fictie. En in fictie hoeven de opvattingen en inzichten van de personages niet te stroken met die van de auteur, hoe alwetend hij zich als verteller ook opstelt. Daar zal een schrijver zich altijd op beroepen, en meestal (niet altijd) wordt hij dan in het gelijk gesteld.

Misschien ook interessant:

  1. Recensie: Schrijvers op reis: Privé-domein gaat op vakantie: verhalen
  2. Bij elke maansverduistering moet ik aan Helga Ruebsamen denken
  3. Hoe hoort het eigenlijk: verwijzen naar de werkelijkheid
  4. Zou hij aan haar gedacht hebben?

Filed Under: blog Tagged With: fictie, Het begin: een zomerse periode, inzichten, Joost Zwagerman, literatuur, opvattingen, personages, werkelijkheid

Leave a Reply Cancel reply

Your email address will not be published. Required fields are marked *

Zoeken

  • Facebook
  • RSS
  • Twitter

Nieuwste berichten

  • Raoul de Jong boegbeeld Boekenweek, maar zijn werk wordt in hokjes gestopt
  • Rascha Peper: nu is ze er echt niet meer
  • Literatuur: het belang van representatie
  • Een kwestie: Roald Dahl aan de literaire schandpaal
  • Vragen naar de bekende weg: over het Kinderboekenweekgedicht van Pim Lammers

Spotlight

Auteurs

  • Liliane Waanders

Meest gelezen deze week

Tags

Adriaan van Dis Arnon Grunberg beeldende kunst boek boeken boekenweek Cees Nooteboom column De wereld draait door dood dwdd film fotografie gedicht Ilja Leonard Pfeijffer Jan Brokken journalistiek K.Schippers kunst lezen literatuur Louise O. Fresco Marguerite Duras muziek Oek de Jong Olympische Spelen Poetry International poëzie recensie roman Rotterdam schrijven sportzomer sportzomer 2012 sportzomer 2013 sportzomer 2014 stoïcijn tennissen Tour de France vertalen Virginia Woolf voetballen wielrennen William Shakespeare zomergasten

Zoeken

Volg Hanta

  • Facebook
  • RSS
  • Twitter

Hoofdmenu

  • Home
  • Over Hanta
  • Columns en beschouwingen
  • Recensies
  • Beschouwingen
  • Meer
  • Contact
  • Privacy statement

Rubrieken

  • Liliane leest
  • Kettinglezen & rijgschrijven
  • Mediamoment
  • Sportzomers en -winters!
  • Zomergasten
  • Thuisblijfreizen
  • Bouke’s blues
  • Proza
  • Poëzie

Net binnen

  • Raoul de Jong boegbeeld Boekenweek, maar zijn werk wordt in hokjes gestopt
  • Rascha Peper: nu is ze er echt niet meer
  • Literatuur: het belang van representatie

Archief

Auteurs

  • Liliane Waanders

Copyright © 2023 · News Pro Theme on Genesis Framework · WordPress · Log in

Hanta gebruikt cookies. Omdat een blog runnen zonder nou eenmaal niet kan. Wilt u geen cookies, zie dan de instructies hier: Meer over cookies Ok, ik snap het
Privacy & Cookies
Necessary Always Enabled