Twee keer kwam ik vorige week in de verleiding om De angst van de doelman voor de strafschop van Peter Handke te kopen. Ik dacht dat ik er voor deze serie sportstukjes wat aan zou hebben. Twee keer kwam ik het tegen toen ik op de vrijdagse boekenmarkt op het Spui liep. Een keer in het Duits, een keer in het Nederlands. Ik liet het beide keren liggen.
En toen kwam ik thuis de titel toch weer tegen. Philippe Delerm begint er een column mee. Die column noemt hij De angst van de schutter. Volgens Philippe Delerm heeft de keeper geen enkele reden om bang te zijn. Het is de schutter die moet vrezen. Hij is het die verwachtingen waar moet maken.
‘De angst van de doelman voor de strafschop. Iedereen kent die titel van Peter Handke, zonder te hoeven weten wat dit boek verder nog te bieden heeft. Een pakkende titel door de denkfout waarvan hij blijk geeft. We weten heel goed dat er in verband met de keeper en de penalty geen sprake kan zijn van angst. In het duel tussen keeper en schutter krijgt de doelman niet eens de tijd om angstig te worden. Juist de keeper speelt de actieve rol en voert min of meer gratuit zijn kleine toneelstukje op. Dit kan zo ver gaan dat hij de scheidsrechter een teken geeft om duidelijk te maken dat de bal niet goed op de stip ligt, of zich beperken tot een spottende blik recht in het gezicht van de speler die, terwijl hij naderbij komt, zijn uiterste best doet de keeper niet in de ogen te kijken. Wat de keeper betreft is de keuze heel simpel: hij zal naar links of naar rechts duiken, in de hoop dat het de juiste kant is.’
Ik weet niet of Philippe Delerm (vertaling: Jean Schalekamp) nog steeds gelijk heeft. Vroeger leidde een strafschop bijna altijd tot een doelpunt, maar keepers leiden niet langer alleen maar af, ze maken ook studie van de manier waarop schutters strafschoppen nemen. Op goed geluk naar een hoek duiken is er voor een keeper al lang niet meer bij. Ook van hem wordt in geval van strafschoppen het nodige verwacht.
Leave a Reply