Het verlies van Oranje in de halve finale was voor Dichter des Vaderlands Anne Vegter de aanleiding voor een hart onder de riem in de vorm van een gedicht. Voor wie dat hart en onder welke riem… wie de (voetbal)schoen past…
WK 2014
Overigens geen nieuws:
jullie winst gaf ons de verte.
In je knieval boog de schepping
mee als in theater: voor de spelers
ons applaus! (et après nous de kater)
Iemand zei: gaaf op de punt,
vol op de wreef, onderkantje lat,
juweel van een treffer en je bent
geboren met de zon tussen je benen.
Of twee zonnen: één ondergaande
die weer opkomt, één die over je
teleurgestelde lichaam dwaalt.
Trots op de benen van iedereen!
(we blijven toch geen kniezers)
Verliezen is eigenlijk meer iets
voor verliezers.
Zelf won Anne Vegter wel eens wat. Onder andere de Woutertje Pieterseprijs. In 1990. Samen met Geerten ten Bosch. Voor De dame en de neushoorn.
Toen de Woutertje Pieterseprijs voor de vijftiende keer werd uitgereikt – Anne Vegter was de derde winnaar – werd dat gevierd met de bundel Aangaande het wouterschap: Woutertje Pietertjeprijs 1988-2002. Anne Vegter kroop voor die gelegenheid in het hoofd van Woutertje P. en schreef in zijn naam Als op mijn hoofd een prijs staat:
Wat wilt u van mij zien?
Mijn op ’t gezicht bestorven grijns?
Mijn kop van jut?
U denkt iets over mij.
U kent mij beter dan ik mij.
U weet wat onder mijn vermomming schuilt.
U heeft er toch voor doorgeleerd?
Ik niet.
Ik wacht.
Ik boek geen resultaat.
U sleurt mij uit mijn boek.
Dat is raar voor mij.
Ik was een naam en een idee,
heel overzichtelijk.
U fluit mij terug.
u hangt mij uit, vlaggetje
op uw winnaarscollectief.
Ik moet bij uw partij van de partij zijn.
Denkt u soms: hij heeft zijn huiswerk
niet gedaan?
Wat heb ik dan niet gedaan?
Ik heb mijn moeder niet geëerd, nee.
Had zij belangstelling voor mij?
Ik snelde spoken na,
ik was tien, zestien.
Ik had mijzelf al eeuwen uit,
en las dat ik ontbrak.
Leefde maar ontbrak.
Verdomme nog!
De kleinheid van mijn wouterschap.
Ik ademde niet tot de huid.
Ik was nogal van gisteren.
U bent van hier,
u weet wat zeggen wil:
je drukt je uit, verwijdt, lucht op.
(Ik niet)
(Ik wacht)
Als op mijn wouterhoofd een prijs staat
wie vangt mij dan, wie durft mij aan?
Wie daagt mij uit, wie lucht mij op?
Wie drukt mij uit?
Mijn universum knelt,
mijn eeuw: een strop.
Ik ben de maker van het Roverslied.
Dat zingt u wel,
waarom verwoordt u mij dan niet?
Getekend,
Woutertje Pieterse
(medewinnaar Geerten ten Bosch maakte ook de illustratie bij Als op mijn hoofd een prijs staat)
Leave a Reply