Voordat de mannen er straks om hun eer strijden, rijden eerste de dames hun wedstrijd. Dat willen de dames graag. Ze willen zeker nu het vrouwenwielrennen zoveel meer voorstelt dan vroeger hun Tour terug. Zover is het nog niet, maar ze mogen wel rondjes rijden op de duurste straat van Parijs. Een straat die veel vrouwen die niet fietsen kennen vanwege de dure merken die er – en in de zijstraten – gevestigd zijn. (Ik beken: ik ben ook wel eens in zo’n winkel geweest. Ik had er niets te zoeken, en zag dat degene die vond dat ik mee moest, zich er ook geen houding wist te geven.)
La Course is een begin. Er is veel mediabelangstelling voor. De organisatie van de Tour laat trots weten dat La Course alles in zich heeft om een iconische race op de wielerkalender te worden. Als dat zo is, zitten de vrouwen straks opgescheept met een criterium terwijl ze een ronde willen.
Terwijl de dames hun rondes in Parijs rijden, naderen de mannen de stad vanuit het zuidwesten. Voor wie Elementaire deeltjes van Michel Houellebecq gelezen heeft, zijn Gif-sur-Yvette, Bures-sur-Yvette en Orsay bekend klinkende namen.
‘Ze vertelden haar dat Michel was vertrokken en al op zijn kamer op de campus van Bures-sur-Yvette zat, het was duidelijk dat ze niets vermoedden.’
‘Een paar dagen later kreeg hij bezoek van Desplechin. Die stond op zijn drieënveertigste aan het hoofd van het Instituut voor Moleculaire Biologie van het CNRS in Gif-sur-Yvette.’
‘De faculteit van Orsay-Paris XI is de enige universiteit in de Parijse regio die echt ontworpen is volgens het Amerikaanse campus-model. Verspreid over een park bieden verschillende flats onderdak aan de studenten van de eerste tot en met de derde cyclus. Orsay is niet alleen een onderwijsinstelling, maar ook een onderzoekscentrum van zeer hoog niveau op het gebied van de deeltjesfysica.
Michel woonde in een hoekkamer op de vierde en hoogste verdieping van gebouw 233. Hij voelde zich er direct thuis. Hij had er een klein bed, een bureau, planken voor zijn boeken. Zijn raam keek uit op een grasveld dat afliep naar de rivier.’
In Bures dronk ik wel eens wat. Iets sterks, om warm te worden na een winterwandeling in het park. Op de campus in Orsay zat ik ooit volkomen gebiologeerd te luisteren (aan mijn gezicht was echt niet te zien dat ik er niets van begreep) naar iemand die hetvanwege zijn habilitation had over ‘transséries et analyse complexe effective’ om daarna de uit Holland meegebrachte hapjes uit te venten. Maar het meest van al was ik thuis in Gif. Zo thuis dat ik pas tijdens een van mijn laatste bezoeken bedacht dat ik misschien eens wat foto’s moest maken van de gebouwen uit het boek.
Als de renners Orsay gepasseerd zijn, kan ik me weer volledig concentreren op de koers. Dan hoef ik niet meer naar bekende plekken uit te kijken. Dat deel van het parcours legde ik meestal ondergronds af. Pas in het centrum van Parijs kwam ik weer boven. De enige die dan nog mijn aandacht kan afleiden is Jeanne d’Arc die in de Rue de Rivoli vanaf haar paard kijkt naar mannen waar ze niets over te zeggen heeft.
Leave a Reply