Als de oogst van het land was, waren de restjes voor de armen. Sprokkelen en arenlezen was wettelijk toegestaan. In Les Glaneurs et la Glaneuse trekt Agnès Varda een lijn van dat verzamelen – hoe beeldend legden schilders deze armoede vast – naar het hedendaagse sprokkelen in steden waar door sommigen uit pure noodzaak uit prullenbakken gegeten wordt en anderen uit principe leven van andermans overvloed.
‘Het is niet de meeste volmaakte film die bestaat – dat is Barry Lyndon van Stanley Kubrick – maar dit sluit aan bij wat mijn opvatting over wat een kunstwerk kan zijn.’
Ondanks de vele keren dat David Van Reybrouck de film zag – en met name het fragment met de man die in Parijs na sluitingstijd van de markt zijn rondgang maakt, krijgt hij nog steeds een brok in de keel. ‘De waardigheid van die man.’
Toen David Van Reybrouck tijdens een verplaatsing van het ene Parijse station naar het andere oog in oog met die man kwam te staan, had hij aan twee woorden genoeg: ‘Merci monsieur’.
Leave a Reply