Omdat ik van mening ben dat The Elgin Marbles in Athene horen – en het ‘de Britten’ dus zou sieren om hoewel zij de rechtmatige eigenaren schijnen te zijn een geste te maken – vind ik dat ik iets moet vinden van het besluit van het Allard Pierson Museum om in bruikleen gekregen goud, steengoed en lakwerk uit de Krim voorlopig niet terug te geven aan de bruikleengevers.
Sinds het Allard Pierson Museum van een aantal musea op de Krim voorwerpen in bruikleen ontving voor de tentoonstelling De Krim, goud en geheimen van de Zwarte Zee is de politieke situatie rondom de Zwarte Zee ingrijpend gewijzigd.
De kwestie is dat het museum de voorwerpen in bruikleen kreeg van de musea op de Krim toen de Krim nog bij Oekraïne hoorde terwijl de Krim nu Russisch grondgebied is. Niet lang nadat de tentoonstelling geopend en de Olympische Winterspelen gesloten werd(en) annexeerde Rusland de Krim.
Zowel de Oekraïense als de Russische regering maakt aanspraak op de voorwerpen die zich nu nog in Amsterdam bevinden.
De vraag waar het in dit specifieke geval om gaat is: zijn de voorwerpen eigendom van de musea die ze uitleende of hadden die musea het goud, steengoed en lakwerk slechts in bruikleen van Oekraïne.
De regering in Kiev is van mening dat de voorwerpen Oekraïens staatseigendom zijn. De Russisch regering vindt dat zij de rechtmatige eigenaar is van de voorwerpen nu de musea Russische musea geworden zijn.
Pas als de partijen er onderling uit zijn of nadat een rechter / arbiter zich over de zaak gebogen heeft, zal het Allard Pierson Museum de collectie retourneren aan de aangewezen eigenaar.
Dat het Allard Pierson Museum de in bruikleen gekregen voorwerpen terug wil geven aan de rechtmatige eigenaar siert het museum. Dat het Allard Pierson Museum zichzelf wil vrijwaren van claims snap ik heel goed.
Maar ondertussen baart de toekomst van de voorwerpen mij zorgen. Voorwerpen waar door de conservatoren van de respectievelijke musea zeer zorgvuldig en zuinig mee omgesprongen is, blijkt uit de introductiefilm bij de tentoonstelling (ook te zien in Kunstuur, vanaf 15.10).
De voorwerpen op de tentoonstelling De Krim, goud en geheimen van de Zwarte Zee zijn sprekende getuigen van wat zich daar in de loop van de geschiedenis heeft afgespeeld. Het zijn bewaard gebleven sporen die volkeren die de Krim tot de Krim gemaakt hebben, hebben achtergelaten. Daarom horen ze daar (en daarom horen The Elgin Marbles in Athene).
Als Oekraïne de eigenaar blijkt, is het uitgesloten dat de voorwerpen die door het Allard Pierson Museum gegijzeld gaan worden, terugkeren naar de plaatsen waar ze voordat ze op tournee gingen bewaard en/of tentoongesteld werden. Als Rusland ze ‘krijgt’ – wat gezien de geschiedenis van Oekraine in het algemeen en de Krim in het bijzonder niet uitgesloten is – is de kans dat ze daar weer te zien zullen zijn groter, al is het niet ondenkbaar dat ook dan de musea op de Krim de voorwerpen nooit meer terug zien omdat ‘Rusland’ vindt dat ze elders beter tot hun recht komen.
Je hoeft er Grensland: een geschiedenis van Oekraïne van Marc Jansen maar op na te slaan om te zien dat de tijd dat Oekraïne een zelfstandige republiek is op de schaal van een rijke geschiedenis te verwaarlozen is. Dat laat onverlet dat het machtsvertoon waarmee Rusland de Krim annexeerde als een grove schending van de territoriale integriteit wordt gezien (onder degenen die dat vinden zijn westerse mogendheden in de meerderheid).
Het lijkt er op dat de schatten van de Krim die nog een paar dagen in Amsterdam te zien zijn ‘inzet’ zijn geworden in het conflict. Ze lopen zelfs het risico (in elk geval gevoelsmatig) roofkunst / oorlogsbuit te worden.
(Hier houdt de vergelijking met The Elgin Marbles op. Lord Elgin maakte zich op geoorloofde wijze meester van ‘de stenen’. De Turken die het toen in Griekenland voor het zeggen hadden, vonden het prima dat hij onderdelen van het Parthenon als studiemateriaal naar Engeland verscheepte. Pas later werden The Elgin Marbles staatseigendom.)
Ik weet niet wat het Allard Pierson heeft doen besluiten om de voorwerpen na afloop van de tentoonstelling in verzekerde bewaring te stellen (was het retourneren van de bruiklenen werkelijk geen optie? Wat kan het museum verweten worden als het de bruiklenen teruggeeft aan degene die ze in bruikleen gegeven heeft?)
Ik weet ook niet of het museum heeft overwogen om ze for the time being over te dragen aan een instantie met meer cultureel gezag, zoals de UNESCO (United Nations Educational, Scientific and Cultural Organization: Oekraïne, Nederland en Rusland zijn alle drie lid van de VN), zodat het zelf boven elke verdenking zou staan. (Ware het niet dat UNESCO het museum voor de dreigende situatie waarschuwde. Die suggestie las ik althans ergens, maar ik kon de brede context van die uitspraak niet vinden en hem derhalve niet verifiëren.)
Heeft het Allard Pierson met de aankondiging de bruiklenen niet onmiddellijk te retourneren olie op het vuur gegooid of is het – willens en wetens of min of meer onbedoeld – partij geworden in een veel groter conflict?
U merkt het, ik ben druk bezig er iets van te vinden. Ik ben er alleen nog niet uit wat ik precies vind.
Wat voor mij al wel steeds duidelijker wordt is dat het me niet alleen gaat om deze specifieke voorwerpen en dit specifieke conflict gaat (u vermoedde dat misschien al, vanwege The Elgin Marbles die ik het verhaal in smokkelde). Het gaat mij om het verplaatsen van voorwerpen van cultureel belang in het algemeen. Zolang die voorwerpen meeverhuizen met hun makers en/of gebruikers is er niets aan de hand: dan zijn ze onderdeel van de culturele diaspora die al zo oud is als de mensheid.
Op de tentoonstelling De Krim, goud en geheimen van de Zwarte Zee zijn die volksverhuizingen in kaart gebracht. Zonder die verplaatsingen zou er nooit een Chersonissos op Krim gesticht zijn en zouden er geen Chinese lakdozen tot het culturele erfgoed behoren.
Maar zodra mensen uit eigen of opvoedkundig belang gaan slepen met cultureel erfgoed is het wat anders. Zeker als aan voorwerpen die oorspronkelijk bestemd waren voor dagelijks gebruik ook nog het predicaat kunst verleend wordt.
Dat ons aan de hand van verhalen en voorwerpen toegang verleend wordt tot andere culturen is een groot goed. Dat voorwerpen daarvoor tijdelijk op tournee gaan, is onontkoombaar en zelfs wenselijk. Het is niet iedereen gegeven af te reizen om op locatie musea en sites te bekijken.
Maar zelfs als voorwerpen langdurig onderweg zijn: ze zijn en blijven onderdeel van een lokale cultuur. Dat cultureel erfgoed van grensoverschrijdend belang kan zijn, betekent niet dat het een ander dan de oorspronkelijke ‘dragers’ toekomt en die ander het zich mag toe-eigenen. Ik denk dat ik daarom van mening ben dat The Elgin Marbles in Athene horen. Maar omdat in het geval van het Krim-goud de rechtmatige eigenaren letterlijk dan wel figuurlijk van huis en haard verdreven zijn, is het redelijk dat deze culturele schatten hun erflaters achterna reizen.
Voila c’est ça. Ik ben eruit.
Update: 14 december 2016
De rechter heeft uitspraak gedaan en wijst het Krim-goud toe aan Oekraïne. Op grond van het Unesco-verdrag moeten de kunstschatten terug naar de soevereine staat die de kunstschatten in bruikleen gaf. De rechter wees de vordering van de vier musea op de Krim die de kunstwerken in bruikleen gaven af, omdat de Krim niet als een soevereine staat kan worden beschouwd.
Update: 16 juli 2019
‘Het blijft onduidelijk wie er recht heeft op de kunstwerken uit het Krim-gebied die nu zijn opgeslagen in het Amsterdamse Allard Pierson Museum. In een rechtszaak strijden Oekraïne en vier musea op de Krim om de werken. Met een tussenvonnis liet het hof vandaag weten nog niet definitief te kunnen oordelen wie recht heeft op de kunst.’
https://nos.nl/artikel/2293704-getouwtrek-en-geopolitiek-spel-rond-krimschatten-duurt-nog-langer.html
Update: 9 juni 2023
De Hoge Raad heeft besloten dat het Krim-goud geretourneerd moet worden aan de staat Oekraïne, en niet aan de Krimmusea.
https://nos.nl/artikel/2478286-hoge-raad-bevestigt-krimschatten-in-allard-pierson-moeten-terug-naar-oekraine
Bert Natter says
Het goud van de Krim vind ik een ingewikkelde zaak, maar wat de Elgin Marbles betreft ben ik het met u eens, al kan ik nog altijd hartelijk lachen om een opmerking van Lord Gowrie, van 1983-1985 minister van Cultuur onder Thatcher, die op een Grieks verzoek om teruggave even lomp als gevat antwoordde: I know it’s loot, but our loot.