In Arnon Grunberg: ‘Ich will doch nur, dass ihr mich liebt. 25 jaar schrijver (waarvan 5 jaar in het verborgene) – het boek, onder redactie van Caroline Mulder en Vic van der Reijt, dat de tentoonstelling bij Bijzondere Collecties van de UvA begeleidt – ben ik aanbeland bij het drieluik van Mark Schaevers.
Dat drieluik bestaat uit een gesprek; een geannoteerd groepsportret met de auteur als fotograaf en een bloemlezing uit de 60.553 woorden die Arnon Grunberg in april 2014 geschreven heeft.
Het interview vindt op locatie plaats. Op locatie in het zuiden van Duitsland waar Ludwig II – bijnaam: Ludwig der Verrückte – zijn grootheidswaanzin vorm gaf in gebouwen. Neuschwanstein en Hohenschwangau – eindelijk twee plaatsen waar ik eerder was dan Grunberg – vormen het decor van een gesprek dat de allure – in elk geval waarschuwt Mark Schaevers Grunberg dat het minstens zoveel tijd zal kosten – moet krijgen van de interviews in The Paris Review.
Neuschwansteiner Gespräche
De interviews in The Paris Review gaan over schrijven en laten zien dat je met een schrijver over zijn vak kunt praten zonder obligate vragen te stellen. Zo’n gesprek voert Mark Schaevers met Arnon Grunberg: Neuschwansteiner Gespräche: Mark Schaevers interviewt Arnon Grunberg.
Grunberg en Schaevers zijn oude bekenden. Mark Schaevers bezorgde eerder de brieven in Omdat ik u begeer: brieven 2001-2007 en het is ook niet de eerste keer dat Mark Schaevers Arnon Grunberg interviewt.
In de Neuschwansteiner Gespräche wordt teruggeblikt en vooruitgekeken. Zonder op scoops uit te zijn – het interview heeft een overwegend documentair karakter – zit er het nodige nieuws in verstopt (ondanks het mythologiseren dat Grunberg eigen is). Soms is het even zoeken, waar hem het nieuws precies in zit:
Vandaag verschijnen de Van der Jagt-boeken ook onder de naam Grunberg. Ben je gelukkig met die Gleichschaltung?
‘Als ik eerlijk ben: ik had het mooier gevonden als Van der Jagt was blijven leven. Of als hij zonder enige onthulling gestorven was. Ik heb nog één ding onder pseudoniem gedaan, op een bescheidener niveau, en dat is niet uitgekomen. Daar doe ik het dan maar mee.’
Is het voor het onderhoud van de machine Grunberg niet nodig dat zij soms rust?
‘Ik denk het wel. Mijn tempo van vandaag is niet op heel lange termijn vol te houden. Door die dagelijkse Voetnoot kom ik in de tijdsdruk van een krantenbedrijf, ga ik ten dele mee in díé machine. Ik wil met mijn onderwerp niet achteroplopen, als het kan zelfs vooroplopen – wat soms lukt: ik had het over Thomas Piketty vier weken voor de krant een recensie over dat boek bracht. Om dat te kunnen doen, moet ik simultaanschaken op een aantal borden. Dat is verslavend, maar heeft ook iets prettigs: het néémt, maar gééft ook energie. Al zijn er ook momenten dat je denkt: Nu ga ik gewoon naar bed. De krant lees ik morgenochtend wel, ik heb even de kracht niet meer.
In 2017 houdt de Voetnoot op. Noteer maar dat er grote veranderingen aankomen, de machine gaat een transformatie doormaken, dat weet ik zeker.’
Het is duidelijk dat Mark Schaevers Grunberg (en zijn werk) goed kent, en dat Arnon Grunberg zijn interviewer vertrouwt. Samen schudden ze in de Neuschwansteiner Gespräche de waarheid op.
Het Symposium
Arnon Grunberg wijdt doorgaans weinig woorden aan het uiterlijk van zijn personages. Dat zijn lezers zich zelf mogen voorstellen hoe zij eruit zien, is natuurlijk mooi maar een beetje houvast kan geen kwaad. In Arnon Grunberg: ‘Ich will doch nur, dass ihr mich liebt. 25 jaar schrijver (waarvan 5 jaar in het verborgen krijgen zijn belangrijkste personages een gezicht. Het gezicht dat Peter van Dongen ze geeft (ik moet eerlijk beginnen: in mijn fantasie zagen de meesten er heel anders uit). Mark Schaevers voorziet de tekening in Het symposium van een verklaring. Uit die verklaring wordt duidelijk waarom de een op de eerste rij mag staan en ander met een derde rang genoegen moet nemen.
De personages poseren voor een fotograaf in wie we Arnon Grunberg herkennen. Wat die fotograaf vindt van de mensen die op de foto moeten. Mensen met alleen een denkbeeldig leven:
‘En wat denkt de fotograaf, Arnon Grunberg? Is hij trots?
“Nee, de fotograaf wordt overvallen door een lichte zorg. Hoe hou ik die groep bij elkaar? denkt hij. Hij roept: “Doen nou voor één keer alsof het gezellig is!” Weet je hoe ik zo’n foto zou zien? Het is een begin van een symposium over hoe we het leven van al deze mensen, die ooit mijn slachtoffers waren, weer een beetje op de rails kunnen krijgen.” ’
De oogst van april 2014: 60.553 woorden
Het derde deel van het drieluik – April 2014. Een maand uit het schrijversleven van Arnon Grunberg: bloemlezing door Mark Schaevers – bestaat uit de keuze die Mark Schaevers maakte uit wat Arnon Grunberg uit eigen beweging en in opdracht schreef in april 2014.
‘In de maand april 2014 was Arnon Grunberg zo vriendelijk me, op mijn verzoek, alle teksten die hij die maand op zijn laptop tikte door te sturen. Dan hebben we het over zijn reguliere columns – de dagelijkse blog op zijn eigen site, de dagelijkse “Voetnoot” voor de Volkskrant en de wekelijkse “Yasha” voor de VPRO Gids, “Grunberg helpt” voor Vrij Nederland, “De mailbox van Arnon Grunberg” voor De Correspondent. Daarnaast schreef hij die maand ook enkele occassionele journalistieke bijdragen voor NRC Handelsblad en Humo (een interview met Till Lindemann van de groep Rammstein) en de Volkskrant (over Heidegger en peer-to-peerlending), en een inleiding tot het boek Vlucht zonder einde van Joseph Roth. De enige fictie waar Grunberg in deze maand aan werkte was het verhaal “Breek met het leven dat u nu leidt”, besteld door het tijdschrift De Gids.
Grunberg stuurde me ook, nog altijd op mijn verzoek, de mails die hij op diezelfde laptop in de loop van april schreef. Aan alle teksten samen hield ik een bestand van 60.553 woorden over. Bijgaande een ruime selectie van 16.232 woorden betreft dus ruim een kwart van zijn maandproductie.’
Waarop Mark Schaevers zijn keuze baseerde, vermeldt hij niet.
De bloemlezing wordt gevolgd door weekoverzichten – Arnon Grunberg houdt voor De Correspondent bij wijze van column weekoverzichten bij (hij noteert waar hij verbleef, welke films hij zag, welke boeken hij las, in welke restaurant hij wat at en wat hij daarvoor betaalde en of en in welke vorm er sprake was van seks en/of erotiek).
Uit de weekoverzichten, gekoppeld aan de maandproductie, kan tot op zekere hoogte het verband tussen het voorbereidende en het uitvoerende werk worden afgeleid.
Grunbergs leven: een Gesamtkunstwerk in wording
Er staat nog veel meer in Arnon Grunberg: ‘Ich will doch nur dass ihr mich liebt. 25 jaar schrijver (waarvan 5 jaar in het verborgene). Alle bijdragen – beginnend bij de fotobiografie samenstelde door zijn moeder Hannelore Grünberg-Klein; gevolgd door het onderzoek naar de familiegeschiedenis van zijn beide ouders (door Bob Polak); de herinneringen van Vic van der Reijt aan de mislukte uitgever die Arnon Grunberg was en de succesvolle schrijver die hij werd; de analyse van het werk door Yra van Dijk en de door Jos Wuijts samengestelde bibliografie – getuigen van een uitermate nauwgezet gedocumenteerd (schrijvers)bestaan. Een bestaan dat steeds meer op een Gesamtkunstwerk begint te lijken.
Leave a Reply