Weet u nog waar u tien jaar geleden op dat tijdstip was. Ik wel. Ik was op mijn werk. Al kwam er door wat er tien jaar geleden om 8.45 uur gebeurde van werken de rest van de dag niet veel meer. Om kwart voor negen werd Theo van Gogh vermoord, een paar uur later wist iedereen wat er op de Linnaeusstraat ter hoogte van huisnummer 89 gebeurd was.
De vriendendienst die hij Ayaan Hirsi Ali bewees, werd hem fataal. Die vriendendienst was Submission Part 1 regisseren, een korte film waarmee Ayaan Hirsi Ali de ondergeschikte positie van moslima’s ter discussie wilde stellen.
Submission Part 1 ging in première tijdens Zomergasten. Niet iedereen van Zomergasten was het met het uitzenden eens. Regisseur George Schouten doet daarover een boekje open in De achterkant van Zomergasten. De uitzending met Ayaan Hirsi Ali, de laatste van het seizoen, was de eerste en enige keer dat hij zijn naam van de titellijst haalde.
Dat Submission Part 1 een voor de makers gevaarlijke film was, stond vooraf vast. Ayaan Hirsi Ali wist dat. Theo van Gogh wist dat.
In haar onder de titel De noodzaak tot zelfreflectie – het stond drie dagen voor de moord op Theo van Gogh in een andere versie (Ik bevraag de islam, een religie zonder zelfreflectie) in de Volkskrant – in Submission: de tekst, de reacties en de achtergronden (2004) opgenomen antwoord aan haar critici zegt ze onder andere dit over haar bedoelingen:
‘Het filmpje Submission Part 1, dat ik samen met Theo van Gogh heb gemaakt, past in mijn streven de moraal die centraal stond in mijn opvoeding aan de kaak te stellen. Mijn doel is niet om moslims om te toveren in atheïsten, maar om de lelijke moedervlekken te laten zien, zoals de slechte behandeling van vrouwen. Ik heb een verband geconstateerd tussen de voorschriften van de koran, die aangeven dat een ongehoorzame vrouw geslagen dient te worden, de uiteenzetting daarvan in de hadith (overleveringen van de profeet Mohammed) en de praktijk waarin gewelddadige moslimmannen naar de koran verwijzen als ze aangesproken worden op hun gedrag.’
In datzelfde stuk verdedigt Ayaan Hirsi Ali de manier en de middelen die zij gekozen heeft om haar verhaal te vertellen:
‘In de geschiedenis van de joodse en christelijke zoektocht naar verlichting door zelfreflectie zijn er vast ook wel mensen geweest die zeiden dat de strategie van het ontleden van heilige teksten, om te laten zien hoe belachelijk, wreed of onrechtvaardig die zijn, averechts werkt. Ik heb mijn strategie afgekeken van de joods-christelijke kritiek op het op geloof gebaseerde absolutisme. Submission Part 1 moet in dat licht gezien worden. Hoe effectief de door mij gekozen strategie is, weet iedereen die de geschiedenis van de westerse religiekritiek kent.’
‘Hoe effectief de door mij gekozen strategie is, weet iedereen die de geschiedenis van de westerse religiekritiek kent.’ Ik geef toe dat ik geen kenner ben van de geschiedenis van de westerse religiekritiek, maar dat is niet waarom ik moeite met die zin heb.
Joost Zwagerman – Zomergasten-presentator van dienst in 2004, ook voor hem had Submission Part 1 niet in Zomergasten gehoeven – stelt zich in de aanloop naar de film kritisch op. Hij vraagt zich onder andere af of de vorm niet teveel afleidt en of zij daarmee haar doel niet voorbij schiet (hier de tekst).
Zijn laatste vraag betreft het vervolg dat gezien de titel van de film wel moest volgen:
‘We zagen op de aftiteling: “Scenario: Ayaan Hirsi Ali, regie: Theo van Gogh, Submission Part 1”. Komt er nog een deel 2, deel 3, deel 4?
Ja, ik wil graag een serie ontwikkelen. In beginsel met Theo van Gogh, die in mijn ogen een van de soldaten is die voor de vrijheid van meningsuiting vecht in Nederland en een genie, een briljante regisseur.’
Dat vervolg zat er na de moord op Theo van Gogh definitief niet meer in.
Leave a Reply