‘What good are roots if you can’t take them with you?’ Goede vraag. De context waarin de opmerking gemaakt werd, ken ik niet. Ik weet alleen dat het een citaat is van Gertrude Stein. Gertrude Stein was een Amerikaanse in Parijs. Ze sprak uit ervaring.
Maar of ze bedoelde dat ze niet in wortels geloofde of haar wortels inpakte toen ze zich opmaakte voor de oversteek…
Sinds ik het symposium Ontworteling: de schrijver als nomade bijwoonde – daar pikte ik het citaat van Gertrude Stein op. Birgit Kaiser refereerde aan haar tijdens haar lezing Nomadisch schrijven: Gilles Deleuze en Edouard Glissant over wortels en fabuleren aan – moet ik aan al de daar niet genoemde nomadische schrijvers in mijn boekenkast denken. Sterker nog: er liggen er inmiddels nogal wat op mijn schrijftafel.
Wat ik onthouden heb – omdat ik het zo’n geruststellende gedachte vind, waarschijnlijk – uit het verhaal van Birgit Kaiser is dat een nomade zich niet per se hoeft te bewegen en te verplaatsen om een nomade te zijn. Nomadisme is a state of mind (volgens Gilles Deleuze). Niet iedereen die onderweg of op reis is, is een nomade, en omgekeerd sluit een vaste woon- of verblijfplaats een nomadische geest niet uit.
Van de schrijvers die in Utrecht aan de orde kwamen, wonen de meesten hier ook – Abdelkader Benali, Hafid Bouazza, Paul Celan (al heeft die tijdelijk ergens anders onderdak gevonden), Günter Grass, Arnon Grunberg, Salman Rushdie, W.G. Sebald en Dirk van Weelden – maar minstens zo nomadisch zijn Paul Bowles, Breyten Breytenbach, Nikos Kazantzakis en Nathalie Sarraute.
Vanwege ‘what good are roots if you can’t take them with you?’ krijgt Paul Bowles vandaag voorrang. Gertrude Stein en Paul Bowles kenden elkaar en correspondeerden.
Een van haar brieven aan hem leidde tot een compositie – Letter to Freddy, Bowles heette voluit Paul Frederic, Gertrude Stein noemde hem Freddy (Bowles was op de eerste plaats componist) – die net iets meer dan een minuut duurt. De brief was eigenlijk een kattenbelletje:
My dear Freddy,
I did not answer sooner because being a little troubled about you I wanted to see Harry first. Now I have and as it seems that you are really not well don’t you think it would be best to come to Paris where you can be looked after, and then we all can decide what you ought to do. You poor boy, it’s bad to be all alone and I do think that you had better come here, don’t you?
Always,
Gertrude Stein
(In An Invisible Spectator: a Biography of Paul Bowles van Christopher Sawyer-Lauçanno vind ik niet alleen wat Paul Bowles mogelijk mankeerde, maar ook een mooie passage over het voeden van zijn geest, over hoe het nomadenbestaan in die periode leven, aan het einde van de jaren veertig, vorm kreeg:
‘In his uncle’s house he took the opportunity, during the month he spent there, to write some new music, including a couple of piano preludes and “Letter to Freddy,” using as text the letter he had received from Stein in Paris during his scare with syphilis. By now, a familiar pattern was emerging: travel followed by work followed again by travel. He commented on this mode in a letter to Burns: “When the exterior life palls, the interior starts working. If I moved always to new places, I should never work at all: no music, no nothing. If I were enclosed ill in a room, I should work prodigiously, be happy in the way at the antipodes.’)
Van Paul Bowles is het maar een kleine stap naar Jane, zijn vrouw. Haar heb ik lang niet gelezen, dus laat ik me nu verleiden door Two Serious Ladies (in de vertaling van M. Coutinho: Twee keurige dames, en later: Twee dames die het leven ernstig nemen).
Aan de verplaatsingen in die roman ben ik nog niet toe. Ik ben nog steeds bij Miss Goering thuis, waar Miss Gamelon net haar intrek heeft genomen.
Tijdens een van de eerste gesprekken tussen beide dames – niet de dames uit de titel, Miss Goering zal later het gezelschap van een ander zoeken, gaat het over reizen en schrijven:
‘ “Woont u het grootste deel van de tijd hier of bent u meestal op reis?” vroeg zij Miss Goering onverwachts.
“Ik heb nooit aan reizen gedacht,” zei Miss Goering. “Ik heb geen behoefte aan reizen.”
“Gezien de familie waaruit u stamt,” zei Miss Gamelon, “denk ik dat u geboren werd met veel kennis over alle dingen. U hoeft niet te reizen. Ik was twee of drie keer in de gelegenheid te reizen met mijn schrijvers. Zij waren bereid, al mijn onkosten te betalen plus mijn volle salaris, maar ik ben slechts één keer meegegaan, en dat was naar Canada.”
“U houdt niet van reizen,” zei Miss Goering, haar strak aankijkend.
“Het bekomt me niet. Ik heb het die ene keer geprobeerd. M’n maag was in de war en ik had voortdurend nerveuze hoofdpijnen. Dat was voldoende. Ik heb de waarschuwing ter harte genomen.”
“Ik begrijp het volkomen,” zei Miss Goering.’
Ik herinner mij dat ik Two Serious Ladies de pendant vond van The Sheltering Sky van haar man. Herlezen moet uitwijzen of ik dat nog steeds vind (en of ik nog steeds zo in verwarring gebracht wordt door Jane Bowles als tijdens de eerste kennismaking dertig jaar geleden).
Leave a Reply