Op zoek naar afstand en nabijheid
Terwijl 3,7 miljoen mensen gisteren naar Boer zoekt vrouw keken, las ik de laatste bladzijden van Hoogvlakte, de debuutroman van Naomi Rebekka Boekwijt. Op de laatste bladzijden van deze literaire landschapsroman moet Moser definitief zijn meerdere erkennen in Wyss.
Moser is een boer van de oude stempel (al is niet elke vorm van mechanisering aan zijn bedrijf voorbij gegaan), terwijl Wyss er prat op gaat met zijn tijd meegegaan te zijn. In het afgelegen dorpje Feldi staan zij tegenover elkaar, terwijl zij toch niet zonder elkaar kunnen. Ze zijn tenslotte buren.
Het bedrijf van Moser wordt grotendeels gerund door een jonge Nederlandse. Zij – Maite – heeft maling aan grenzen die door anderen getrokken zijn. Ze doet wat haar goeddunkt, en stoot af en toe haar hoofd omdat mensen nu eenmaal minder instinctief reageren dan dieren. Maar anders dan de personages in Pels, de verhalenbundel waarmee Naomi Rebekka Boekwijt in 2013 echt debuteerde, weet zij zich in gezelschap van mensen wel te handhaven.
Het verhaal in Hoogvlakte – want Naomi Rebekka Boekwijt schrijft wel degelijk naar een climax toe (waar de overgave van Moser maar een klein onderdeel van is) – wedijvert met het ritme van de loop der dingen en het komen en gaan van de seizoenen. Op een boerderij moet alles nu eenmaal gedaan worden als de tijd rijp is. Naomi Rebekka Boekwijt onderstreept dat vanzelfsprekende door haar taal, die karig is en nauwelijks stilistische uitspattingen kent. Haar zinnen zijn voornamelijk kort.
Het monotone van de dagen – de motorritjes die Maite tussen de bedrijven door maakt en de feestjes die ze met leeftijdgenote dorpelingen viert, horen bij de normale gang van zaken – wordt doorbroken door een vrouw met een mooi maar zenuwachtig raspaard die Maites aandacht trekt en het zadelmak maken van een werkpaard dat eigenlijk al afgeschreven was.
De personages bewegen zich op het slappe koord gespannen tussen afstand en nabijheid, en waar beter dan in een kleine op het (boven)aardse gerichte gemeenschap waar mens en dier van elkaar (en van de natuur) afhankelijk zijn, kun je zo’n verhaal beter situeren. Waar laat eenzaamheid zich nadrukkelijker voelen. Maar Hoogvlakte is ondanks de tegenstellingen geen roman van uitersten, omdat Naomi Rebekka Boekwijt haar personages toenaderingspogingen gunt, en er voor Maite ook een leven buiten Feldi is.
Daar kiest ze voor, en dat weet je. Ook omdat Naomi Rebekka af en toe een naam laat vallen die niet van daar is (zoals Martin Garrix bijvoorbeeld).
Bovendien kijkt Maite daar n de bergen televisie. Geen Boer zoekt vrouw, maar Adriaan van Dis.
‘De vorige avond had ik op internet een gemiste uitzending bekeken, waarin Adriaan van Dis weer eens zijn oude boekenprogrammaatje mocht doen. Maarten Biesheuvel las een brief aan zijn vader voor. Biesheuvel was een verzameling tranen. Hij had wat je noemt een snik in zijn stem. Toch was hij nergens overdreven of zielig. Hij had letterlijk werk gemaakt van zijn verdriet.’
(Ik herinner me dat ik met gemengde gevoelens naar die uitzending keek:
)
Maite kijkt nog een keer, en dan ligt de heimwee op de loer:
‘Ik bekeek opnieuw Maarten Biesheuvel met zijn ‘Brief aan vader’. Ik moest er zowat van janken en zocht gauw iets anders op.’
Dat de namen van Van Dis en Biesheuvel (om hem en wat hij losmaakt gaat het) vielen, verbaasde mij meer dan het noemen van Martin Garrix, want die dj is een generatiegenoot van Maite.
Leave a Reply