Over Oriana, een vrouw – het boek dat Cristina de Stefano over schrijfster/journalist Oriana Fallaci schreef – kom ik nog te spreken. Ik heb het net uit, en ik weet nog niet precies wat ik ervan vind.
Wat ik van deze passage vind, weet ik wel:
‘Waar je ook kijkt, het huis staat vol boeken, waarvoor Oriana een absolute, bijna fysieke liefde koestert. Ze heeft haar hele leven al een passie voor oude boeken, ze verzamelt eerste drukken van Shakespeare, van de Latijnse en Griekse klassieken, van grote denkers als Voltaire. In elke stad waar ze regelmatig komt heeft ze antiquairs bij wie ze klant is en die haar goed kennen. Ze loopt uren te snuffelen tussen de schappen, opgewonden over elke ontdekking. “Ik kan me niet voegen in een ruimte zonder boeken. Als ik in een kamer zonder boeken ben, is het of ik in een lege ruimte ben. Ik heb geen kamers zonder boeken: niet in Florence en niet in New York. Ik heb ze zelfs in de keuken, in de gangen, en natuurlijk in de living, en in de slaapkamer waar de boekenkasten de hele wand tegenover mijn bed innemen. Zodoende zie ik ze als ik in slaap val en als ik wakker word, net als toen ik een kind was. Ik hou ook fysiek van boeken: als voorwerpen. Ik mag er graag naar kijken, aan voelen, in bladeren. En kan ze nooit weggooien.”’
(vertaling: Jan van der Haar)
Ik put er moed uit. Er moeten binnenkort boeken verhuisd worden. Nu weet ik weer waar ik het voor doe.
Leave a Reply