Toen ik het interview in de week na zijn overlijden las, voelde ik het bij een van de antwoorden nog meer schrijnen dan bij de andere. In het gesprek dat Tom Kellerhuis vijf dagen voor zijn dood met Joost Zwagerman voerde, beaamt Joost Zwagerman dat hij inderdaad weer romans gaat schrijven, maar hij weigert in te gaan op de inhoud:
‘Ik ben heel bijgelovig, dus ik zeg er niets over. Ik hoorde Peter Buwalda de titel van zijn nieuwe roman prijsgeven bij Zomergasten, en ik dacht: oei, niet doen. Op een gegeven moment heb je er al zoveel over gezegd dat je hem niet meer hoeft te schrijven.’
Het schrijnde omdat Peter Buwalda niet alleen loslippig was geweest waar het zijn eigen werk betrof. Toen hij samen met onder andere Jessica Durlacher en Ronald Giphart aanzat aan de tafel van De wereld draait door om Joost Zwagerman te herdenken, voelde hij zich schijnbaar vrij genoeg om ook te vertellen wat Joost Zwagerman in zijn nieuwe roman van plan was.
Het schrijnde omdat ik me niet kon voorstellen dat dat postuum de bedoeling was. Dat idee werd bevestigd toen ik niet veel later las dat Joost Zwagerman Paul Gellings die een roman schreef over hetzelfde onderwerp en daarover contact had met Joost Zwagerman had nadrukkelijk om geheimhouding had gevraagd.
Gisteren kocht ik de nieuwe HP / De Tijd met daarin dat interview waarvan Tom Kellerhuis toen niet kon vermoeden dat het Joost Zwagermans laatste zou zijn. En toen vond ik het weer niet kunnen.
Leave a Reply