‘Het was weer eens zo’n dag die me zo veel angst aanjoeg dat ik niet naar bed durfde. Tegen een uur of drie in de ochtend word ik wakker op de bank. Met tegenzin sleep ik me naar boven, naar de slaapkamer’,
schrijft Connie Palmen in Logboek van een onbarmhartig jaar. Het is 2011, voor de gelegenheid heeft Connie Palmen een extra schrikkeldag aan de kalender toegevoegd. Van haar Nederlandse uitgever mocht het. In de Duitse vertaling hoort de nacht bij de dag die eraan vooraf ging.
In het eerste stadsgedicht dat K. Schippers schreef, komt ook een 29e februari voor. En wel die van 2016. Vandaag dus. Naar die dag is een man die net nog voor het raam zat volgens K. Schippers gevlucht.
Die man is een absurdist. In die hoedanigheid maakte hij samen met iemand die ook goed is in gek denken De Schrikkelkalender (‘De Schrikkelkalender verschijnt traditioneel iedere vier jaar. In 2016 voor de allereerste keer’). Ook die kalender komt in Onder de douche – een gedicht dat alle kanten uit gaat, maar er komt wel een foto in voor – voor.
Onder de douche werd op 3 februari jl. gepubliceerd. Naar aanleiding waarvan is mij eigenlijk een raadsel. Gelukkig maar. Want zo is het gewoon een gedicht. Gewoon een typisch K. Schippersgedicht.
Leave a Reply