Hij leek niet erg op zijn gemak. Hij oogde zelfs wat zenuwachtig. Dat was de indruk die Ilja Leonard Pfeijffer op mij maakte toen ik hem twee weken geleden in VPRO Boeken over Brieven uit Genua hoorde vertellen.
Het was alsof hij twijfelde aan zijn eigen gelijk en zich tot het uiterste moest inspannen om presentator Jeroen van Kan te laten geloven dat wat hij hem wijs maakte waar is. Dat hij zich in Brieven uit Genua aan een belangrijke spelregel heeft gehouden: tussen de beide kaften is niets verzonnen.
Kun je Ilja Leonard Pfeijffer op de kleur van zijn ogen vertrouwen als hij een dergelijk statement maakt? Want jongleert Ilja Leonard Pfeijffer niet altijd met feiten en fantasie.
Na afloop van VPRO Boeken wilde ik er het mijne van weten. Ik las er de brief die Ilja Leonard Pfeijffer aan het Nederlands Letterenfonds schreef nog maar eens op na:
‘Ik zou graag een werkbeurs willen aanvragen voor het schrijven van een tweede Genuese roman die een vervolg, een evenknie, dan wel het spiegelbeeld zal zijn van La Superba’,
schrijft Ilja Leonard Pfeijffer op 10 januari 2013 aan het Fonds. Hij heeft La Superba dan nog maar net voltooid. Het boek is nog niet uit, maar bij de uitgever doen ze er al alles aan om het onder de aandacht van recensenten te brengen.
‘Voor deze tweede Genuese roman, getiteld Brieven uit Genua, is het mijn ambitie om vergelijkbare thema’s, waaronder ook nadrukkelijk het thema migratie en de fantasie van een beter leven elders, te exploreren vanuit een volledig autobiografisch perspectief in de vorm van lange, breed uitwaaierende brieven aan verschillende personen die een cruciale rol hebben gespeeld in mijn leven,’
licht hij zijn aanvraag toe.
‘Ondanks deze vorm zou ik Brieven uit Genua niet willen bestempelen als een brievenboek. En ondanks het maximale autobiografische gehalte is het geen autobiografie. Ik hecht eraan om het te beschouwen als een roman, omdat ik door middel van de estafette van brieven een afgerond verhaal wil vertellen over de ontwikkeling van een persoon. Dat ik zelf die persoon ben, zal ik nergens verloochenen, maar het zou nadrukkelijk mijn streven zijn om ervoor te zorgen dat het voor de lezer uiteindelijk irrelevant is. Het boek moet geen terugblik vormen op de onsamenhangende reeks gebeurtenissen die toevallig tot nu toe mijn leven vormt, maar een samenhangende, aan mijn eigen leven gerelateerde zoektocht naar de thema’s en obsessies die ik in andere vormen ook in mijn andere werk aan de orde stel en die volgens mijn vaste overtuiging tekenen zijn van deze tijd.’
De brief waaruit ik nu citeer, staat in Brieven uit Genua. En… het Nederlands Letterenfonds bleek Ilja Leonard Pfeijffer gunstig gezind. Het jaarverslag 2013 maakt melding van een toegekend bedrag aan:
‘Ilja Leonard Pfeijffer voor een autobiografische roman-in-brieven (De Arbeiderspers) – € 30.000’
Daar wringt natuurlijk een schoen. Want welke schrijver durft het aan om in een roman helemaal niets te verzinnen. Geen wonder dat Ilja Leonard Pfeijffer wat ongemakkelijk op zijn stoel zat te schuiven tijdens VPRO Boeken.
(wordt vervolgd)
Hans Mellendijk says
Vergelijkbaar met Komrij’s Verwoest Arcadië dat eerst als feuilleton in Vrij Nederland verscheen, en daarna in privé-domein nr. 59 werd gepresenteerd als autobiografie; maar feitelijk een gefantaseerde ontwikkelingsroman.