Twintig jaar geleden liet Helga Ruebsamen zich op uitnodiging van de VPRO een week opsluiten in de Euromast. Daar ontdekte zij Internet – toen nog met een hoofdletter geschreven –
‘Het Internet dus, is mijn voorlopige prille conclusie, lijkt wel een beetje op een levendige kroeg in een goed uitgevallen hiernamaals.’
en daarmee verandert ook haar taal:
‘(…) ik ga geen mooie zinnen zitten wrochten, het interesseert me zelfs helemaal niet of de zin eigenlijk loopt. (…) Je let op dat het duidelijk wordt wat je bedoelt, dat natuurlijk wel. Maar verder, of die zin een beetje strompelt, nou ja, strompelen is ook geen goed woord, want meestal, eh, zit er ook een soort snelheid ook in die manier van het neerzetten. (…) Dat is juist het aardige. Je bent bezig om met een nieuw medium op een bepaalde manier dingen over te brengen. Kijk, zodra je mooiere zinnen gaat zitten maken, dan bedoel je iets. En het is natuurlijk wel leuk om mooie zinnen te maken, ik ben er zelf dol op om een zin met een hele hoop betekenissen te laden. Maar dat zou ik hier op Internet nooit doen. Waarom zou ik? Dat heeft geen zin hier. Tenzij je een club hebt, een club van mooie zinnen makers. Die zal er vast wel zijn.’
Helga Ruebsamen (1934 – 2016) besteedde heel veel aandacht aan haar zinnen. Ze was niet snel tevreden.
Zelf zei ze daar dit over:
‘Ik ben lui, ik ben indolent, ik zit graag aan die verhalen te knutselen, tot in het oneindige toe. Dat doe ik graag. Maar op een gegeven ogenblik denk ik dat je die verhalen er niet beter op maakt als je nog meer knoeit en vijlt en politoert.’
toen ze in 1988 voor de eerste keer te gast was in Hier is… Adriaan van Dis.
Leave a Reply