Hij had er slecht van geslapen, bekende Thomas Möhlmann Hannah van Binsbergen. Het was haar schuld. Het was een regel uit haar gedicht Waar het bloeit en blijft bloeien die hem uit de slaap gehouden had. Door de rest zoefde hij tijdens de voorbereiding van het gesprek heen, maar die ene zin bleef een raadsel:
‘Het gebeurde toen een dode vrouw de codes doorgaf aan haar vrienden.’
Natuurlijk was Hannah van Binsbergen niet genegen om de betekenis van deze regel toe te lichten. ‘Daar zijn dichters niet voor.’ Ze wilde wel vertellen hoe ze aan die regel gekomen was.
Wat is het verschil, dacht ik.
Hannah van Binsbergen bleek de strekking van de zin gedroomd te hebben. Ja, haar dromen zijn bepaald niet geruststellend, moest ze toegeven. En toen kwam ze bijna in de verleiding om
‘Het gebeurde toen een dode vrouw de codes doorgaf aan haar vrienden.’
alsnog uit te leggen. Gelukkig behoedde Thomas Möhlmann haar voor die misstap. Ze lieten het bij de constatering dat het mystieke haar poëzie niet vreemd is.
Zelf moest ik overigens meteen aan Twin Peaks denken toen Thomas Möhlmann die zin zo nadrukkelijk uit de context lichtte.
Leave a Reply