Dat Cees Nooteboom niet helemaal wist wat hem te wachten stond, wist hij toen hij tijdens Poetry bij Bas Kwakman aan tafel plaatsnam. Hij wist dat de directeur van Poetry hem vragen zou gaan stellen naar aanleiding van fragmenten uit televisieprogramma’s. Maar welke fragmenten uit welke programma’s dat wist Cees Nooteboom niet.
Maar hij bleek nog veel meer niet te weten. Dat er uit het ‘restmateriaal’ van de documentaire Dichter bij Campert – van regisseur John Albert Jansen en cameraman Jeroen Wolf, vorig jaar tijdens Poetry voorvertoond – een portret van de vriendschap tussen Remco Campert en Cees Nooteboom gedestilleerd kon worden, bijvoorbeeld.
Of dat Roberto Amato, Zang Di en Dumitri Crudu één van zijn gedichten in hun taal zouden voordragen.
En al helemaal niet dat hij herenigd zou worden met schilderijen die hij een aantal jaren geleden in Medellin kocht.
Bij dat laatste hoorde een verhaal. Bas Kwakman vatte het samen. Nadat hij het eerder al opschreef in Hotelkamerverhalen.
‘Vanaf zijn hooggelegen dakterras vol orchideeën, schildpadden en marihuanaplanten kijkt Fredy over Guayabal en over het centrum heen recht op de bergwand aan de andere kant van de stad waar de wijk Manrique ligt. Honderden kleine huisjes die op elkaar gestapeld tegen de berg lijken geplakt. Zijn uitzicht is zijn thema. Prachtige kleurrijke werken die in dikke, pasteuze olieverf de lichtval van de ochtend, de middag en de avond op de huizen van Manrique vangen. We eten, drinken, kopen gezamenlijke een drieluik. Cees en Simone kiezen de middag en de avond, met veel paars, blauw en rood, ik kies de ochtend, met zachte pasteltinten roze, groen en geel. We pakken de werken in en Gerard zegt dat Fredy zijn olieverf vermengt met cocapasta. Cees en Simone laten hun werken achter bij Gerard, die belooft ze naar Nederland te brengen. Ik besluit mijn schilderij door de douane mee naar huis te sokkelen. Fredy leert me de zinsnede “op een toeristenmarkt gekocht” uit het hoofd, anders moet ik invoerrechten betalen.
In de auto terug naar het Gran Hotel zegt Simone tegen me: “Ooit hangen ze alle drie weer naast elkaar. In jouw huis.” ’
(uit: Gran Hotel, Medellín (Colombia)(5), in: Hotelkamerverhalen)
Door al die verrassingen werd het gesprek een beetje bijzaak.
Leave a Reply