Ik herkende hem meteen. Voor wie lang geleden Familieziek (2002) van Adriaan van Dis las, is het figuurtje dat in de beeldroman Familieziek van Peter van Dongen het geheime broertje is een oude bekende. Dat geheime broertje is gemodelleerd naar het jongetje aan de rekstok op de cover van de eerste druk.
In de roman van Adriaan van Dis speelt dat broertje geen rol van betekenis. Hij is een familiegeheim. De naamloze jongen die het zwaar te verduren heeft in het repatriantengezin vindt zijn beeltenis als hij alleen thuis het schrijfbureau verkent:
‘Een houten plaatje valt op de grond – een stuk schil lijkt het wel, hard en bol, met een gaatje erin. Er staat een tekening op, een kinderkopje in wit en bruin. Wie zou het zijn? Een baby’tje is het nog maar, met de oogjes dicht. Een van de meisjes? Of het broertje dat alleen leeft in meisjesgefluister… en dat als je ernaar vroeg, nooit had bestaan.’
In de beeldroman maakt Peter van Dongen van het broertje een steun, toeverlaat en aanjager van de jongen die een bijrol speelt in het gezin. Hij houdt samen met schaduwpiloot de jongen op de been. Terwijl zijn dode voorganger de lat tegelijk ook hoog legt en hem dwingt te voldoen verwachtingen die door de dood van het broertje on-ingelost bleven.
De naamloze die thuis jongen of knul genoemd wordt, maar vaker is wat hij als laatste gedaan heeft – boener, veger, stoffer, stoker of poetser – heeft het in de versie van Peter van Dongen zwaar. Zwaarder dan bij Adriaan van Dis. Van Dongen heeft Familieziek teruggebracht tot de essentie. Dus is de jongen die nu geen Nathan Sid heet, maar wel in zijn schoenen en leven staat, weer volledig overgeleverd aan de grillen van zijn getekende vader en inmiddels ook aan het gemoed van zijn puberende halfzussen. Zijn moeder staat er wat halfslachtig bij, kijkt ernaar en neemt het lang niet altijd voor hem op. Peter van Dongen heeft wat Adriaan van Dis hem aanreikte ingrijpend herschikt. Veel van de context van het dagelijks leven in het dorp in de duinen is weggesneden. In zijn Familieziek, waarbij hij zinnen van Van Dis gebruikt, maar ook eigen woorden toevoegt, is geen plaats voor anekdotiek. Hij zadelt zijn personages vooral op met het kampverleden. Zijn Familieziek is daardoor donkerder dan die van Adriaan van Dis. Het is een heavy vervolg op Nathan Sid waarin de hele problematiek van het gezin al vooraangekondigd werd.
Leave a Reply