‘Ze was verdiept in het vijfde boek en stopte juist met lezen, toen er op de verdieping boven haar een paar schoenen viel, een voor een. Ze keek op en begon te peinzen. Van wie zouden die schoenen zijn, vroeg ze zich af. Toen merkte ze een geruis op dat uit de kamer naast de hare kwam – duidelijk een vrouw die haar jurk ophing. Daarop volgde een zacht getik, als het geluid dat gepaard gaat met het losspelden van haar. Het was bijzonder lastig haar aandacht bij de “Prelude” te houden.’
(uit: De uitreis van Virginia Woolf, vertaling: Barbara de Lange)
De vrouw die deze geluiden hoort, bevindt zich in een hotel waar dunne schotten de kamers van elkaar scheiden. Dat geeft enige overlast, maar die is niet te vergelijken met het burengerucht dat veroorzaakt wordt door de bovenbuurman en zijn olifant in De olifant van de bovenbuurman van Roos van Rijswijk.
Ze maken zoveel lawaai – het blijft niet bij heel hard praten, een beetje boren na ‘sluitingstijd’ en heavy muziek – dat het aanleiding geeft tot speculaties. Dat speculeren op zich levert al interessante zienswijzen op overlast op. Maar Roos van Rijswijk – die zelf ooit last had van haar bovenburen – geeft de bovenbuurman, zijn olifant en hun kangoeroe ook nog ideeën, vooroordelen én gevoelens mee. Dat helpt niet bij het bewaren van de onderlinge rust.
Met haar fabels voor volwassenen geeft Roos van Rijswijk een vrolijk ogend – mede dankzij de zwierige illustraties van Sylvia Weve – inkijkje in het leven van mensen die niet behept zijn met een overdosis goed fatsoen en omgevingsbewustzijn, maar daar zelf nauwelijks weet van (en behoefde aan) hebben.
Vrolijk ogend, maar niet vrijblijvend. Dat zijn fabels zelden. Fabels horen zeden te becommentariëren. Daar zijn het fabels voor. Dus hoeveel begrip en sympathie Roos van Rijswijk ondanks de overlast eventueel ook voor haar bovenbuurman, zijn olifant en hun kangoeroe weet te wekken, zij zijn het die zich achter hun oren moet krabben.
Als juffrouw Allan in haar hotelkamer ‘Prelude’ van William Wordsworth- het vijfde boek, over boeken – uit heeft, is ze tevreden en doet het licht uit. Voor Virginia Woolf het moment om de aandacht te verplaatsen naar degene die zich aan de andere kant van de muur bevindt: Susan Warrington. In stilte borstelt zij haar haar en vraagt zich van alles af over haar eigen aantrekkelijkheid. Zij is zich over-bewust van haar eigen aanwezigheid en verschijning.
De uitreis
Virginia Woolf (vertaling: Barbara de Lange)
Amsterdam : Athenaeum – Polak & Van Gennep, 2018
ISBN 978-90-253-0823-0
De olifant van de bovenbuurman
Roos van Rijswijk (met illustraties van Sylvia Weve)
Amsterdam : Querido, 2018
ISBN 979-90-214-0899-6
Leave a Reply