Na afloop van What happened to the Future, het programma waarmee de vijftigste editie van Poetry International Rotterdam opende, nam Ingrid van Engelshoven, minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap in de foyer van De Doelen het eerste exemplaar van De mooiste gedichten van de wereld: 50 dichters kiezen hun favoriete gedicht uit de schatkamers van Poetry International in ontvangst. Nadat zij haar enthousiasme over dat programma gedeeld had en het festival in de persoon van interim-directeur Dries van Ingen gefeliciteerd, volgde een korte toespraak:
‘Poetry International Rotterdam is een belangrijk festival voor de Nederlandse poëzie en de Nederlandse literatuur. Een festival als dit blijft niet zomaar bestaan, dat is een hele klus.
Dertienhonderd mensen genieten van poëzie. Je doet iets heel erg goed als je dat voor elkaar krijgt. Festivals hebben wat mij betreft een grote betekenis om nieuwe makers en nieuw publiek te bereiken. Ik wil ruim baan geven aan dit type festivals1, omdat ik echt geloof dat we daarmee mooie dingen kunnen doen voor nieuwe en oude makers, maar ook plekken kunnen creëren waar oud en nieuw publiek elkaar kan ontmoeten. Waar een nieuwe chemie kan ontstaan.
Ik wil ook de stad Rotterdam feliciteren. Zonder de stad Rotterdam was dit festival nooit tot stand gekomen, niet blijven bestaan en zou het nu niet zo levend zijn als het vanavond is. Ik denk: als je dit vanavond ziet, dan ligt er ook een opdracht bij u om dit vooral levend te houden. Ik hoop hier nog vaak terug te komen.
Het festival heeft een moeilijke periode achter de rug en dit jubileum mag ook echt gezien worden als een nieuw begin. Ik zou zeggen: put ook inspiratie uit de prachtige woorden van Erwin Mortier die zei: ‘Wat voorbij is, begint pas’.2
Hopelijk geldt dat ook voor dit festival. De vijftig gepasseerd, maar nog zoveel mooie jaren te gaan.
Tot slot: ik ben heel blij met deze bloemlezing uit de poëzie. Ik denk dat er best vaak iets van in mijn toespraken terug zal komen. Ik heb zelf ook ontdekt wat het doet als je met poëzie op een podium staat. Ik ben geloof ik de eerste minister die op Valentijnsdag3 een bloemlezing uit haar eigen poëziekeuze mocht voordragen. Het is best een opgave om zo’n bloemlezing te maken. Maar wel zoveel leuker dan een debat.
Je kunt zoveel meer zeggen. Er mag zoveel meer, maar je kunt ook zoveel meer snaren raken en ik voelde op die middag de vrijheid en soms denk ik daar tijdens een debat wel even aan terug: o, kon ik het hier ook maar zo doen. Wellicht dat ik het een keer ga proberen.
Poëzie is toch wel echt een kunstvorm die heel veel zeggingskracht heeft en heel veel harten kan raken. Als je die kunstvorm beheerst, is je leven volgens mij heel rijk.
Ik zou willen afsluiten met woorden van Herman de Coninck die in zijn gedicht Voor mekaar3 schrijft:
“Vroeger hield ik alleen van je ogen.
Nu ook van de kraaiepootjes ernaast.” 4
en dat geldt volgens mij ook voor dit festival.
Tot zover de minister.
Noten:
1 In haar toespraak benadrukt de minister het belang van festivals. Inderdaad vormen festivals een belangrijk onderdeel van de basisinfrastructuur zoals die volgens de minister in de periode 2021-2024 gestalte moet krijgen. Nadere bestudering van de uitgangspunten van haar cultuurbeleid leert dat het waar het de letteren betreft om één festival gaat.
2 ‘Wat voorbij is begint pas’ is niet alleen een bundel essays , het is ook de titel van het Radioboek dat Erwin Mortier schreef voor De Buren.
3 De minister droeg haar mooiste liefdesgedichten voor op Valentijnsdag 2019, bij De Buren in België. Op Twitter kondigde ze haar optreden aan:
Ik draag vandaag een selectie van mijn favoriete liefdesgedichten voor, bij @deBuren in Brussel. Hier alvast een voorproefje, met dank aan @BartMoeyaert Ik ben heel benieuwd naar jouw favoriete gedicht. Laat je het mij weten in de comments? #valentijnsdag #poezie #liefde pic.twitter.com/SUNH8lhvPP
— Ingrid van Engelshoven (@ivanengelshoven) February 14, 2019
De toespraak die Ingrid van Engelshoven op 14 februari van dit jaar hield is hier te lezen. De gedichten maken onderdeel uit van de lezing.
4 Zo klinkt Voor mekaar als Herman de Coninck het zelf voordraagt:
Leave a Reply