In de bundel de schrijver is een alleenstaande moeder van Hagar Peeters staat het gedicht Memlings muze. Hagar Peeters laat in dat gedicht een vrouw aan het woord die in een ver verleden geschilderd werd door Hans Memling. In het lange gedicht in strofen van ongelijke lengte hangt zij te hangen en is zich bewust van wat er in de loop der eeuwen veranderd is in de stad, in haar leven en in de manier waarop er naar haar gekeken wordt.
Het is niet de eerste keer dat deze tekst van Hagar Peeters gepubliceerd wordt. Toen de tekst nog Het portret heette, was het geen gedicht. Het portret zag er niet uit als poëzie, en voorgelezen door Hagar Peeters klonk het ook niet als een gedicht. In eerste aanleg was de tekst die Hagar Peeters schreef proza. Het was haar bijdrage aan Citybooks, geschreven tijdens een verblijf in Brugge.
Voor de schrijver is een alleenstaande moeder herzag Hagar Peeters haar tekst. Ze laste hier en daar wat zinnen in, scherpte de betekenis aan door andere woorden te kiezen, maar van een ingrijpende revisie was geen sprake. Het meest fundamentele verschil tussen Het portret en Memlings muze is de vorm. Zij hakte zinnen in stukken, zodat haar tekst op een gedicht lijkt.
Het portret kan het hebben en de tekst heeft de tijd mee. Gedichten hoeven niet meer in een mal te passen.
De vraag is alleen: hoe klinkt Memlings muze? Want hoe vrij van vorm een gedicht tegenwoordig ook mag zijn, niet elke ‘verknipte’ tekst met veel wit om de woorden is een gedicht. De metamorfose is pas echt geslaagd als Memlings muze het wat klank en ritme betreft wint van Het portret. De nieuwe titel is alvast veelbelovend.
Leave a Reply