Niets ten nadele van Olga Tokarczuk en Peter Handke. Zij kunnen er ook niets aan doen. En zij zullen hem ook vast verdienen. Van de overigens omstreden Handke weet ik het, het werk van Olga Tokarczuk ken ik nog niet.
Niets ten nadele dus van Olga Tokarczuk en Peter Handke, maar teleurgesteld was ik wel toen ik hun namen filterde uit het Zweeds van Mats Malm waarin de laureaten van de Nobelprijs voor Literatuur voor 2018 en 2019 bekendgemaakt werden.
‘Het belooft een vrouwelijke en veelkleurige uitslag te worden, hintte Academielid Anders Olssen vorige week’,
las ik in Trouw. En:
‘ “We hadden een wat meer eurocentrische blik op literatuur en nu kijken we over de hele wereld”, zei hij. “Vroeger waren we ook veel meer mannelijk georiënteerd.” Slechts 14 van de 114 vorige laureaten waren vrouw. Maar de compensatie is in zicht. “We hebben nu veel vrouwelijke schrijvers die geweldig zijn. Daarom hopen we dat de prijs en het proces eromheen een veel bredere strekking krijgen.” ’
Door Anders Olssen op het verkeerde been gezet – blijkt nu – dacht ik daadwerkelijk dat de Nobelprijs voor Literatuur behalve aan een vrouw ook aan een niet-Europese schrijver toegekend zou worden (dat had overigens ook heel goed een en dezelfde persoon kunnen zijn). Dat er bij wijze van compensatie nu al meteen twee schrijfsters geëerd zouden worden, leek mij onwaarschijnlijk. Net zo onwaarschijnlijk als het toekennen van de twee Nobelprijzen aan twee Europeanen.
Ik had het natuurlijk kunnen weten, want wie zegt:
‘We hebben nu veel vrouwelijke schrijvers die geweldig zijn’,
neemt het niet zo nauw met de literatuurgeschiedenis.
In een exclusief Q&A – hoezo ‘exclusief’: het is een eigen productie de organisatie die de Nobelprijzen toekent – zegt Anders Olssen (aan dit filmpje ontleende ook Trouw uitspraken) dat het meest ingewikkelde onderdeel van het proces het vinden van een kandidaat is die tot de verbeelding spreekt van ieder individueel lid van het toekenningscomité.
De leden van dat comité stonden er na afloop van de bekendmaking van de namen nogal wit en ongemakkelijk bij, misschien wel bang voor de vragen die door de in zaal verzamelde pers gesteld zouden worden.
Ik weet niet of de journalisten het de leden van de commissie echt moeilijk hebben gemaakt. Of er opmerkingen gemaakt zijn over eurocentrisme. De voertaal was namelijk Zweeds… Alsof niet de hele wereld meekeek.
Er werden maar een paar vragen in het Engels gesteld. Eén daarvan ging over geld: of de twee laureaten het prijzengeld moesten delen. Nee. Zowel Olga Tokarczuk als Peter Handke kunnen aanspraak maken op het volle pond. Lekker belangrijk.
Als ik al zo teleurgesteld ben, wat zal Cees Nooteboom dan gebaald hebben. Het afleggen tegen twee Europese collega’s is vast pijnlijker dan erkennen dat Margaret Atwood, Maryse Condé, Anne Carson, Can Xue, Ngugi Wa Thiong’o, Yu Hua, Ko Un of Haruki Murakami de Nobelprijs voor Literatuur ook echt verdienen. Anders dan Cees Nooteboom maakten al deze schrijvers volgens de bookmakers dit jaar kans op de eer en het prijzengeld verbonden aan de Nobelprijs voor Literatuur.
Het zittende comité heeft nog één kans om te laten zien dat wat Anders Olssen zei over het afleggen van het eurocentrisme en het compenseren van scheefgroei geen loze woorden waren. Ook volgend jaar zijn de mensen die Olga Tokarczuk en Peter Handke een Nobelprijs voor Literatuur gunden, verantwoordelijk voor het kiezen van de winnaar. Daarna worden ze hoe dan ook vervangen door anderen, schandaal of geen schandaal.
Leave a Reply