Weer een dichter waar ik nog nooit van gehoord had: Jean Tardieu (1903-1995), geboren in Saint-Germain-de-Joux (vijfhonderd inwoners, de renners passeren het dorpje als ze nog maar net op de fiets zitten). Terwijl hij niet de eerste de beste is (zijn oeuvre werd in 1972 bekroond met de ‘Grand prix de poésie de l’Académie française’) en hij bovendien dicht bij Raymond Queneau en andere Oulipo-dichters/schrijvers stond. En die ken ik dan weer wel.
In 1975 stond Jean Tardieu in Rotterdam op het podium tijdens Poetry International. Daar maakte hij indruk op Rein Bloem. Van de daar voorgedragen vertalingen was Rein Bloem minder onder de indruk. Lees ik een oud nummer van De Revisor, waarin twee vertalingen – Meneer meneer aan zee en De wezenlijke problemen – van de hand van Rein Bloem staan en hij zijn keuzes afzet tegen ‘het Poetry-probeersel’.
Meneer meneer is een ‘thema’. Ook in het door Philip Ingelse in Spiegel van de Franse poëzie opgenomen en door Rokus Hofstede gedicht treden zij/treedt hij op. Rokus Hofstede vertaalde Voyage avec Monsieur Monsieur:
Reis met Meneer Meneer
Ik en Meneer Meneer
vertrekken zij aan zij.
Hoewel ze niet bestaan
draag ik hun reisgerei.
Toch zijn ze met één meer.
Wanneer de trein wegrijdt
zie ik aan allebei
dat ze tevreden zijn
om toe te kunnen kijken
terwijl alles verglijdt.
Ze zitten oog in oog,
elk voert zijn reden aan.
De een zegt: de dingen komen
de ander zegt: ze gaan.
Gezien vanuit de trein
blijven de huizen staan
of doet hij ze verdwijnen?
zijn we eenmaal voorbij
dan beklijft niets volgens mij.
– Zo kennen we u weer!
voor u, zegt nummer één,
is alles efemeer
ik zie de horizon
van velden en van dorpen
langdurig voortbestaan.
Wíj worden opgeslorpt en
wíj zullen óndergaan…
Zo redekavelen zij
zo wordt het twistgesprek
steeds ingewikkelder
en zij nog knettergek.
Maar dan staat de trein stil
en ’t landschap evenzo
dan wordt alles één plek.
Er is zelfs een hele voorstelling gemaakt rond de gedichten over Meneer Meneer.
Alles heeft de potentie om poëzie te zijn/literatuur te worden, dat is een van de uitgangspunten van Oulipo, een gezelschap dat een beetje te vergelijken is met Barbarber. Zelfs een willekeurig (of minder willekeurig) gesprek. Jean Tardieu maakte er bij wijze van spreken een compositie van: Conversation Sinfonietta.
Na alle interpretaties van zijn werk, werd ik benieuwd naar de stem van Jean Tardieu. Zo klinkt hij als hij zijn gedicht Maurice Ravel leest.
Leave a Reply