Ausonius (circa 310-393) – Deci(m)us Magnus Ausonius, geboren in Bordeaux – had een huis in een van de kleine dorpjes waar de renners vandaag één voor één doorheen razen, want het is tijd voor de tweede tijdrit. Misschien gaan ze wel net zo hard als het renpaard Phosphorus dat door Ausonius op verzoek van keizer Gratianus – althans, dat verhaal gaat – de hemel, dat wil zeggen de Elysese velden (heel toepasselijk met het oog op morgen) – in geprezen werd in een grafschrift:
Als winnaar over zeven rondes, Phosphorus, rende
jij over de brede vlakte van het joelende circus,
verliet beheerst het startperk in de eerste ronde
zodat je sterk de voorste paarden in kon halen
en soepel voor de snelle vierspannen uit bleef draven:
van winnaars winnen was voor jou de grootste roem.
Aanvaard als troost dit opschrift voor je lege graf,
en draaf maar met de Elysese racepaarden mee.
Ik wens dat Pegasus aan je rechterzijde rent
en Arion links, dat Castors paard het vierspan volmaakt.
Als ik Ausonius goed lees (en wat Mark Nieuwenhuis in Dierenleed: grafschriften en lijkklachten van en voor dieren in de Latijnse literatuur van oudheid en middeleeuwen schrijft goed interpreteer), was Phosphorus in staat om zijn race goed in te delen. Vandaag geen zeven rondes, maar 30,8 kilometer. Het is te hopen dat de renners op twee wielen de kunst van het koersen net zo goed verstaan als Phosphorus (niet te verwarren met het Britse renpaard met dezelfde naam dat in 1834 werd geboren).
Misschien spreekt de naam van Phosphorus dankzij Ausonius – die vooral bekend werd door Het lied van de Moezel, integraal vertaald door Patrick Lateur – wel meer tot de verbeelding die die van de dichter zelf.
Leave a Reply