Eigenlijk werkt niets zo goed als mond-tot-mondreclame voor een boek. Als iemand aanstekelijk praat over een boek dat hij of zij net gelezen heeft, en dat enthousiasme paart aan een persoonlijke weergave van de inhoud en eventueel een aantal goed gekozen citaten, dan is het moeilijk om weerstand te bieden. Om niet nieuwsgierig te worden naar dat onder de aandacht gebrachte boek.
Wekelijks opent Brommer op zee met een rubriek die drijft op dat principe. Ruth Joos en Wilfried de Jong geven elkaar en de kijker titels mee die ze in de afgelopen periode gelezen hebben. Boeken waar zij van genoten en waarvan zij vinden dat ze veel lezers verdienen.
Een keuze maken uit de recent verschenen titels is een grote verantwoordelijkheid. Ze hebben maar een paar minuten, dus meer dan drie of vier boeken kunnen ze niet bespreken.
Ruth Joos kwijt zich tot nu toe uitstekend van haar taak, maar Wilfried de Jong maakt zich er regelmatig met een jantje-van-leiden van af. Dat hij regelmatig fotoboeken omhoog houdt, is nog tot daaraantoe, maar dat hij het presteert om het op te nemen voor boeken die hij net voor de uitzending door de redactie in zijn handen gedrukt heeft gekregen…
Afgelopen zondag betrapte ik hem voor de tweede keer op het aanprijzen van een boek dat hij niet gelezen had. Het werd een bloedeloze aanbeveling, vol opgelepelde weetjes:
‘Niet dat ik er veel van weet, want ik heb het net een uurtje voor de uitzending gekregen. Dit is al een tijdje uit. In november denk ik. Dit zijn 2160 pagina’s: De Droom van de Rode Kamer, geschreven door Cao Xueqin. Dat heb ik goed uitgesproken, omdat we nog even met de vertalers van dit werk hebben gebeld. Dit komt uit 1791 en de vertalers hebben hier twaalf jaar over gedaan. Ik noem ze ook even bij naam: Mark Leenhouts, van wie ik de goede uitspraak kreeg, Anne Sytske Keijser en Sylvia Marijnissen. Twaalf jaar hebben ze er over gedaan om dit boek vertaald te krijgen vanuit het Chinees naar het Nederlands. Henk Pröpper schreef er over in de Volkskrant, die daar lyrisch over was. de Volkskrant zelf zette het in de top 3 van de beste boeken van 2021. Kortom: dit is zo’n boek waarvan je zegt: “oké, de literaire sensatie van het jaar wellicht”.’
Een boek kan het niet helpen dat het daardoor niet volledig tot zijn recht komt, maar de redactie en de presentator wel. Zij moeten zich niet laten verleiden tot het ongelezen aanprijzen van titels. Zeker niet als degene die er reclame voor moet maken geen enkele affiniteit heeft met zo’n boek.
Nagekomen:
Voor wie meer wil weten over De droom van de rode kamer van Cao Xueqin: op 2 december waren vertalers Mark Leenhouts, Silvia Marijnissen en Anne Sytske Keijser en sinoloog Wilt Idema te gast bij SPUI25 om over het boek te praten. Margot Dijkgraaf leidde het gesprek.
Coco says
Bedankt voor deze supertip. Was helemaal aan me voorbijgegaan. De bloedeloze aanbeveling leidt zo alsnog tot een ontdekking. Wordt eerste boek van 2022.
Pim Wiersinga says
De winst van dit artikel lijkt me minimaal, ofschoon ik het met de strekking eens ben. Hoe zou ik het met die strekking oneens kunnen zijn?
Maar het kan me niet schelen. Dat Wilfried (soms, altijd, sinds kort, of in moeilijke tijden?) zijn werk niet goed doet zegt meer iets over de ‘babbelende kaste’ (Ewald Engelen) in letterenland dan over de mens Wilfried; en terwijl ik me opwind over diens merites of gebrek daaraan is het meesterwerk alweer achter de horizon verdwenen.
Of leg ik de lat nu te hoog?
Pim Wiersinga says
PS: Coco’s “ontdekking” weerlegt mijn gevit, en dat is geweldig.