Het is even wennen: de vertrouwde gezichten zijn verdwenen. Waar tot voor kort honderden schrijvers de bezoekers van het Literatuurmuseum aankeken – ook degenen die voor het Kinderboekenmuseum kwamen – hangen nu thematentoonstellingen. De vorige keer dat ik het museum bezocht – toen mocht ik achter de schermen kijken – was de herinrichting nog in volle gang. Wat precies de bedoeling was, was nog niet te zien, daarvoor stond alles letterlijk nog te veel in de steigers. Ik beloofde terug te komen om op mijn gemak rond te kijken.
Voordat ik me in de afzonderlijke tentoonstellingen verdiep – het zijn er vier, Liefde na Auschwitz , het drieluik dat Elisa Pesapane maakte ter gelegenheid van de vijftigste verjaardag van Arnon Grunberg, niet meegeteld – loop ik een rondje door de ruimte. Een ruimte die zich nog helemaal niet zo eenvoudig in laat richten met tentoonstellingen. Eigenlijk was de in 2010 heringerichte Schrijversgalerij zo’n gekke invulling nog niet. Behalve dan dat er weinig ruimte overbleef om verhalen te vertellen. Verhalen over de literatuur, geïllustreerd met manuscripten en voorwerpen uit de collectie.
Na dat rondje kom ik weer uit bij de eerste tentoonstelling die gewijd is aan Surinaamse schrijvers: Surinaamse schrijvers – De weg naar een onafhankelijke literatuur. In een relatief kort bestek wordt de geschiedenis en het belang van de Surinaamse literatuur in beeld, tekst en geluid geschetst. Hoewel ik ze lang niet allemaal gelezen heb, zijn het geen onbekende namen die de revue passeren. Maar wat zegt dat. Voor wie zich met literatuur bezighoudt en jarenlang in een bibliotheek gewerkt heeft, horen het bekende namen te zijn. Maar het gaat hier niet louter om die namen, het gaat om de rol die Surinaamse schrijvers speelden. Hoe zij met hun werk een bijdrage leverden aan de maatschappelijke bewustwording, eerst in eigen land en nu ook in Nederland.
De vitrines tegenover de tekstpanelen zijn gewijd aan Anton de Kom. Anton de Kom, sinds 2020 opgenomen in de Canon van Nederland. Anton de Kom, schrijver van Wij slaven van Suriname, al in 1934 geschreven, maar pas sinds kort een bestseller. Een activist was hij, een anti-kolonialist, een strijder tegen onrecht. Die strijd kwam hem duur te staan. In Suriname was hij persona non grata, in Nederland werd hij niet op waarde geschat. De verzetsstrijder Anton de Kom stierf in april 1945 in kamp Sandbostel, in het opvangkamp Stalag X B van het concentratiekamp Neuengamme.
Het gedachtegoed van Anton de Kom – zijn ideeën over kolonialisme en fascisme – inspireert, en dat al ver voordat hij de canonieke status bereikte. Lees de bijdragen van Mitchell Esajas, Liang de Beer, Guno Jones, Nina Jurna, Vincent de Kom, Rudya Melim, Ianthe Sahadat en Humberto Tan in Antonlogie: verhalen over het gedachtegoed van Anton de Kom. Lees ook Jaguarman: mijn vader, zijn vader en andere Surinaamse helden van Raoul de Jong. Raoul de Jong van wie een citaat waaruit zijn schatplichtigheid aan Anton de Kom blijkt in een van de vitrines ligt.
Dat Wij slaven van Suriname de enige titel is waar we Anton de Kom nu nog van kunnen kennen, heeft alles te maken met de tegenwerking die hij tijdens zijn leven ondervond. In de vitrines in het Literatuurmuseum liggen de onvoltooide versies van boeken – poëzie, proza en een kinderboek – die van hem een schrijver met literair aanzien hadden kunnen maken. Manuscripten, maar ook typoscripten. Ik ontdek er ook het scenario van Tjiboe, dat tijdens mijn vorige bezoek op het bureau van het Hoofd Collecties lag. Alleen in te zien na uitdrukkelijke toestemming van de familie. En dus bleef het voor mij een stapel papier.
Het zijn vooral zijn schriftjes die ontroeren. En dan niet eens zozeer vanwege de onuitgegeven woorden in een regelmatig bijna schools handschrift geschreven. Nee, wat mij vooral raakt, is dat Anton de Kom op en in al die schriftjes zijn naam schreef – A. de Kom – vaak vergezeld van het adres waar hij op het moment van schrijven woonde.
Dat deed hij ook in BA_ANANGSIEH. Verhaaltjes v/d spin, uit Suriname. Als ik het Nieuwjaarsgeschenk van uitgeverij AtlasContact opensla, is er eerst dat handschrift voordat Anton de Kom in Grootmoeder komt schrijft hoe hij zich op de komst van zijn over de spin verhalende grootmoeder verheugt, waarna er een verhaaltje over Anangsieh volgt.
In februari verschijnt er een verzameling verhalen over de spin Anangsieh/Anansi en maakt Anton de Kom postuum zijn debuut als kinderboekenschrijver.
De overige drie tentoonstellingen die er op het moment dat ik het Literatuurmuseum bezocht te zien zijn, zijn: Op de foto – Schrijvers en dieren (nog tot 10 april), Max Velthuijs – In beeld (nog tot 6 februari) en Penselen 2021 – In beeld (nog tot 6 februari). Surinaamse schrijvers – De weg naar een onafhankelijke literatuur is nog tot 6 februari te zien en Liefde na Auschwitz tot 10 april.
Leave a Reply